Biekorf. Jaargang 1
(1890)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdAnder Blad Scheikunde:Van de samengestelde StoffenMEN bemerke vooraf dat de Verbindinge een werk van gadinge (affinité) is, die voortkomt uit het verschil van emmerkracht (electricité) tusschen de verscheidene stoffen. Als men eene samengestelde stoffe aan den loop of stroom van emmerkracht onderwerpt, zoo gaat zij los, en de Binderstoffe trekt naar het stelemmerig einde (pôle positif) van den emmerdraad, en de Bindelingstoffe naar het weêremmerig einde (pôle négatif): daaruit volgt dat de Binders weeremmerige (électro-négatifs), en de Bindelingen stelemmerige stoffen (électro-positifs) zijn. - Nogtans, die emmerigheid is meer of min krachtig in elke stoffe in | ||||||||||||||||||||||
[pagina 341]
| ||||||||||||||||||||||
't bijzondere; zoo dat een Binder ten opzichte van eenen anderen Binder, Bindeling wordt, en ook met hem verbindt. Nu, de samenstelling kan uit twee; of uit meer als twee, enkele stoffen bestaan: in alle geval, men volgt den zelfsten regel om al de samengestelde stoffen te noemen. Voor sommige woorden als Binder, Bindeling, enz., ziet Biekorf, nr 13 bll. 193-197. | ||||||||||||||||||||||
Van de benoeminge der samengestelde stoffen.Men geeft aan de samengestelde stoffen, ook samengestelde namen: Men beteekent het slach van samengestelde stoffe, met den naam van den Binder, en men bepaalt dat slach, met den naam van den Bindeling daar bij te voegen. - Men tracht de hoedanigheid te kennen te geven, alsook de hoeveelheid die in verbindinge komt. Alzoo: A. Voor Bindelingen met Binders, geeft men aan den naam van den Binder, den uitgang inge.
En om de hoeveelheid uit te drukken, stelt men het getal der ondeelen (atomes) van elke stoffe daarbij, uitgenomen het getal één: B.V. Ol2z. Oorlood twee zerping of - - zerp (sous-oxyde de plomb). Olz. Oorloodzerp, (oxyde de plomb). Olz2. Oorloodzerp twee, (bioxyde de plomb). Yn Z. IJzerzerp, (protoxyde de fer)Ga naar voetnoot(1). | ||||||||||||||||||||||
[pagina 342]
| ||||||||||||||||||||||
Yn2Z3. IJzer twee zerp drie, (sesquioxyde de fer). Yn3Z4. IJzer drie zerp vier, (oxyde magnétique: zeilsteen). Yn Z3. IJzerzerp drie, (oxyde ferrique). Ps Bi. Peersstriem Bitsing, (fluorure de potassium). K4G4. Kolaard vier Groening vier, (protochlorure de carbone). S3L. Stikkaard drie Lichting, (phosphure d'azote). Alzoo ook voor samenstellingen van meer als twee enkele stoffen: B.V. Yn Zw B. IJzerzwavelblauwing, (sulfoarséniure de fer). Ps Z W. Peersstriem waterzerp, (hydroxyde de potassium). Ps W Zw. Peersstriem waterzwaveling, (hydrosulfure de potassium). B. Voor samenstellingen van Binders met Binders, maakt men namen met den uitgang inge aan den naam der stoffe te geven die als Binder blijft werken: B.V. L G3. Lichtaardgroeninge drie, (chlorure phosphoreux). L G5. Lichtaardgroeninge vijf, (chlorure phosphorique). L Zw G3. Lichtaardzwavelgroening drie, (sulfochlorure de phosphore). Ke Z2. Keiaardzerp twee, (bioxyde de silicium). | ||||||||||||||||||||||
Van de zuren.Door zuur (acide) verstaat men, in 't algemeene, eene verbindinge, waarin de Wateraard gemaklijk, - ten deele of ten geheele, - door eenen Bindeling kan vervangen worden. De kenteekens van een zuur zijn: als het versmelt in water, geeft het aan dat water eenen zuren smaak; - en het verandert van kleur, sommige stoffen die uit planten getrokken zijn: B.V. den blauwen lakmoes maakt het rood. In elk zuur onderscheidt men twee deelen, te weten: 1o den Wateraard, dien men rekent als grondstoffe (matière | ||||||||||||||||||||||
[pagina 343]
| ||||||||||||||||||||||
basique); - en 2o het Overdeel (résidu), dat bestaat uit één of meer, - eigentlijk of betrekkelijk, - weeremmerige stoffen. Alzoo heeft men: Tweevoudige zuren:
Drievoudige zuren:
| ||||||||||||||||||||||
Van de benoeminge der zuren.Voor de tweevoudige zuren voegt men het woord zuur bij den naam der weêremmerige stoffe, waarmeê de Wateraard verbonden wordt; - oftewel (en zoo doet men best als men de hoeveelheid der stoffen uitdrukken wilt), men stelt den naam van de eene stoffe neffens den naam van de andere: den naam van Wateraard verkort in Wa, als er maar één ondeel van is: B.V. W G. Groenaardzuur of Wagroenaard, (acide chlorhydrique). W Ge. Gelaardzuur of Wagelaard, (acide brômhydrique). W P. Peersaardzuur of Wapeersaard, (acide Iodhydrique). W2Zw. Wateraard twee Zwavelaard, (acide sulfhydrique). W2Br. Wateraard twee Bruinaard, (acide sélénhydrique). Voor de drievoudige zuren volgt men den zelfsten regel, stellende eerst den naam der zuurgemaakte, en dan den naam der zuurmakende stoffe. Met het getal der ondeelen van elks daarbij: de naam van den Wateraard blijft er onder verstaan: | ||||||||||||||||||||||
[pagina 344]
| ||||||||||||||||||||||
B.V. W Ke Z3. Keiaardzerpaard drie, (acide oxysilicique). W Go G4. Goudgroenaard vier, (ac. chloroaurique). W2K Zw3. Wateraard twee Kolaard Zwavelaard drie, (acide sulfocarbonique). W G Z. Groenaardzerpaard, (ac. hypochloreux). W G Z2. Groenaardzerpaard twee, (ac. chloreux). W G Z3. Groenaardzerpaard drie, (ac. chlorique). W G Z4. Groenaardzerpaard vier, (ac. perchlorique)Ga naar voetnoot(1). N.B. De zerpzuren (oxacides) zijn waterzuren (hydracides of hydroxides) van weeremmerige stoffen of stoffenverbindingen. Zij behelzen, in 't algemeene, de grondstoffen van het water en een zerp van eene weeremmerige stoffe; - en dit zerp op zijn eigen, noemt men Waterloos (anhydre). Alzoo B.V. in het zerpzuur W2Zw Z4 = W2Z + Zw Z3, het deel Zw Z3 is een waterloos zwavelzerp. D.G. Meersseman |
|