De Beweging. Jaargang 12(1916)– [tijdschrift] Beweging, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 239] [p. 239] Drie sonnetten Door Käthe Mussche Wachtend op zijn komst O, zomerende dag, een klare keel Zoekt zang en 'k zie uw hoven wijd; Als vlietend-licht geluid van weeke vêel, Glijdt parelend een lied door luwen tijd. Ik wacht en wacht; straks worden blâren geel En 'k heb allicht uw komst vergeefs gebeid; Straks sterft allicht tot moe en krank gekweel De melodie bij pijn der eenzaamheid. Gij toogt en 'k mocht uw zwervens' lust niet binden, Al hunkert 't hopend hart naar uwen keer. Ach, kom, wen weer het wilde heir der winden Naar zoeler streken drijft de vogelveer, Dat eind'lijk ik den veil'gen vrede vinde Bij liefde's openbloeien, bloemrijk-teer. Misschien.... ‘Mij zullen smarten nimmer wild genaken, Mijn mond zal niet het klagend kermen kennen!’ Ach, waan, die troostend blijheid wou bewaken, Mijn hart kan aan uw gauwen dood niet wennen. [pagina 240] [p. 240] Wel gloeit een zomer bij de roode daken En ruischt een stem der zee door stille dennen, Wel hoor ik 't dorre heikruid knappend kraken, Wen dertel-wilde winden speelziek rennen, Wel bloeit een zomer feestlijk 't allen kant, Maar, ach, mijn oogen vragen u te zien.... Waar leeft uw lied en lach en waar uw daad? Gelijk een visschersvrouw aan 't zwijgend strand Op thuiskomst des geliefden wachtend staat, Aldus beid ik en prevel moe: ‘Misschien....’ Wel wenden zich de pijnen.... Wel wenden zich de pijnen vele wijlen Naar mij en randen 't rustig droomen aan, Dat gaarne toog als schip met breede zeilen Door ruime wijdten, wapperend de vaan; - Wel proeft mijn hart der vreugden hooge heilen, Zoodat ik in een zomersch licht mag staan En bij het klimmen tot der heuvlen steile Rijzing mijn voeten toch wis tredend gaan; - Wel minnen mij én lach én arme schrei, Maar 't schoonste troosten schenkt de mijmerij, Dat gij mij liefhebt klaren dag of nacht, Die duistert bij ons klein en eenzaam huis En dat uw waken wel al d'uren tracht Te weren 's werelds leeg en druk gedruisch. Vorige Volgende