De Beweging. Jaargang 5(1909)– [tijdschrift] Beweging, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 309] [p. 309] Avondzang Door Is. P. De Vooys. Hoe drijft op snel gezwollen stroom van lang in enge bedding bedwongen weemoed, mijn schip van avondlijke droom nu zonder licht en leiding een wijde zee gemoet! Hoort langs de rietbewassen oever door wilg- en elzenhout een en'kle vogelzang! een tonenval, die droef en droever mijn oogen vochtig houdt en 't hart zoo bang. Kent gij, verborgen avondzanger, de somb're zorgenschauw van donk're dadenwolk? of zijt ge in 't duister lichtverlanger naar morgenrood in pareldauw of teed'rer liefde tolk? [pagina 310] [p. 310] Mijn stroom voert mij die zang voorbij, voorbij zulk wonderspreken naar eindloos zeeënwater. En 't lied waarmee 'k mijn tocht gelei is vlug als geur ontweken; Wie zingt er later? Vorige Volgende