De Beweging. Jaargang 5
(1909)– [tijdschrift] Beweging, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 294]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het klerikale gevaar: liberalisme, klerikalisme en volksonderwijs in Nederland
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 295]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van 1897 het ook niet reeds bewezen, 4 jaren nadat Dr. Nijhoff de mogelijkheid van zoo iets ontkende? Het is bepaald tragi-komisch, hoe het hoofd-orgaan van het Nederlandsch liberalisme, het Algemeen Handelsblad van Amsterdam, den 27en Juni 1897 durfde schrijven: ‘De Victorie van gister kan een zegen voor ons Vaderland worden, als ze een eind maakt aan de splitsing der regeeringspartijen in clericaal en anti-clericaal.’ Betiteld was deze vreugde-kreet: ‘Ons Ideaal’. Vier jaar later, nà de verkiezingen van 1901, schreef hetzelfde blad (den 15en Juni 1901) onder het opschrift ‘De neerlaag’ het volgende: ‘De verkiezingen zijn uitgeloopen op 'n nederlaag der liberale partij.’ En wat was nu de feitelijke toestand? In Juni 1897 hadden de linksche partijen samen 43% van alle geldige stemmen verkregen. Dat was 'n schitterende overwinning - volgens den Handelsblad-politicus. In 1901 vereenigen de linksche partijen 48% der stemmen op zich, zijn dus 5% vooruit-, en de rechtsche partijen derhalve 5% achteruitgegaan - en nu praat diezelfde politicus van - een nederlaag. In 1905 juicht dezelfde man weer - en toen kregen de klerikale partijen toch ook 52% van alle stemmen; in Juni 1909 is hij gansch en al verslagen, - en de klerikalen zijn maar 1% in stemmenaantal vooruitgegaan! Ware het niet zoo treurig, het zou lachwekkender dan 'n kluchtspel zijn, de houding der linksche partij-organen te zien. Naast hun geweeklaag over hun val, haast niets anders dan 'n hagelbui van verwijten over en weer. Waren de liberalen zus, de vrijzinnigen zóó opgetreden in dat of dat district, dan had 't anders geloopen. Nergens ook maar één poging, om ernstig te onderzoeken, hoe het komt, dat Nederland niet eerst na den 11en Juni 1909, maar al lang, nà de verkiezingen van 1897, zich voor priesterheerschappij buigt. In plaats daarvan dagelijks kolommen vol over de belachelijk opgeblazen zaak Kuyper-Lehman-Westmeier. Alsof het voor de toekomst van ons volk, voor zijn welvaart en zijn ontwikkeling, ook maar iets toe of af doet, of Kuyper weer minister wordt, ja of neen! Is dàt nu 'n vraag van belang? Staat of valt de | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 296]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
priesterheerschappij in Nederland dan met dezen man? Het bewijst toch wel onze groote armoede aan werkelijk groote Staatsmannen, dat de politieke linksche pers Dr. Kuyper zoo vreest. De eenige linksche partij, die reden tot eenige tevredenheid heeft, is de Sociaal-Democratische Arbeiders-Partij. Doch alleen voor zich zelf; reden tot tevredenheid over den algemeenen toestand van Nederland heeft de S.D.A.P. evenmin. Want hare winst beduidt niet 'n versterking van de linksche partijen in haar geheel, maar 'n machtsverschuiving bij links. Zij heeft gewonnen, niet ten koste van de verbonden klerikale partijen, die versterkt uit den strijd gekomen zijn, maar uitsluitend op kosten van het liberalisme en de vrijzinnige demokratie. En dat hebben deze partijen zichzelf te wijten. Vooral van het liberalisme is dit het verdiende loon voor zijne tekortkomingen, ja voor zijn verraad aan zijn eigen beginselen. Ik noem hier maar het uitleveren der openbare school aan een klerikalen wethouder te Amsterdam. En in 't algemeen aan zijn niets doen voor werkelijk liberale, sociale hervormingen. Beschikte het Nederlandsch liberalisme over bekwameleiders, over mannen, die in staat waren het geheel te overzien en te beoordeelen, en wien het algemeen belang hooger stond dan het aantal partij-fractie-leden in de Tweede Kamer, dan hadden zij in 1897 na de Juni-verkiezingen in plaats van te juichen zooals politiekers à la Boissevain in Het Handelsblad deed, zich ernstig afgevraagd: hoe komt het, dat het Nederlandsche volk 'n klerikale regeering wenscht? Want als wij 'n werkelijk moreel kiesstelsel bezaten, n.l. evenredige vertegenwoordiging bij algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen, dan hadden wij in 1897 de regeering moeten hebben, die wij thans hebben: 60 rechts tegen 40 links. Ik neem hierbij aan, dat de verhouding ongeveer gelijk zou gebleven zijn, indien wij algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen hadden gehad. De werkelijkheid zou waarschijnlijk eergunstig dan ongunstig voor rechts geweest zijn. Hoe is nu de verhouding van links en rechts bij de verkiezingen van 1897-1909? De volgende cijfers leeren dit. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 297]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uitgebrachte geldige stemmen op
In 1897 waren 7, in 1901 11, in 1005 7 en in 1909 11 rechtsche leden bij enkele kandidaat-stelling gekozen. Bij 'n evenredige vertegenwoordiging had de Tweede Kamer moeten tellen
Op de blz. 307-308 vinden de lezers de verkiezingscijfers voor de jaren 1897-1909 uit alle 100 districten, naar provincies gegroepeerd. Waarom? Dit later. De cijfers voor de jaren 1897, 1901 en 1909 heb ik ontleend aan het Algemeen Handelsblad, die voor 1905 aan het ‘Notitieboek voor de Verkiezingen’ (uitgave van Cohen Zonen te Amsterdam). Mocht hier en daar de later verschenen officieele opgave wat verschillen met die uit Het Handelsblad (ik nam hieruit de cijfers gepubliceerd na de herstemmingen), dan kan dit hoegenaamd geen verschil opleveren voor de totaal verhoudingen; en hierop komt 't uitsluitend aan. Wat leeren algemeene verkiezingen? Niets meer of minder dan het peil van algemeene Volksontwikkeling. Zij leeren, in hoeverre het volk voorwaarts komen wil, of wenscht te blijven stilstaan of achteruitgaan. Wil het - d.w.z. de meerderheid - voorwaarts, wil het den vooruitgang bevorderen, dan kiest het mannen (of vrouwen, zoodra wij zoo ver zijn!), die voor den vooruitgang zijn. Wil het dit niet, dan brengt het zijn stem uit op reactionairen, konservatieven of klerikalen. Want al deze namen houden hetzelfde beginsel in, al of niet gods- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 298]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dienstig getint. Er zijn natuurlijk tal van godsdienstige menschen in ons land, die op liberalen, democraten, misschien ook wel op socialisten gestemd hebben, en vele vrijdenkers, of juister gezegd: godsdienstloozen, die klerikalen tot hun vertegenwoordigers kozen. Men kan dus gerust zeggen: het klerikalisme in Nederland - 't zij katholiek, 't zij protestant - is de partij van het behoud, van den stilstand, zoo niet van achteruitgang. Wie dit niet wil, stemt links. Allen die den vooruitgang willen, zijn daarin niet even voortvarend. Men kan hem snel of langzaam wenschen, men kan er veel of weinig bij verlangen. Daarvan zal het dus afhangen of men 'n liberaal, 'n vrijzinnig demokraat of 'n sociaal-demokraat in de Tweede Kamer hebben wil. Ook speelt daarbij 'n groote rol het grootere of geringere vertrouwen, dat men in de partij van den vooruitgang stelt. Had de liberale partij altijd en eerlijk den vooruitgang gediend, dan zou zij niet zoo jammerlijk verslagen zijn geworden. Als de S.D.A.P. ruim 83000 stemmen op haar kandidaten vereenigde, terwijl zij nog geen 10000 leden telt, dan komt dit eenvoudig, omdat tienduizenden, die den vooruitgang willen, geen vertrouwen meer stellen in de liberale partij, maar hun hoop gevestigd hebben op de S.D.A.P. zonder het beginsel-program van deze partij nog te willen onderschrijven. Vandaar de machtsverschuiving bij links, alleen ten voordeele van de S.D.A.P. Willen of kunnen de liberalen hieruit niet leeren, dan zullen hun aanhangers grootendeels naar de vrijzinnig-demokraten en sociaal-demokraten overgaan, en maar voor 'n heel klein deel afzakken naar de klerikalen, alleen uit 'n onzinnige vrees voor de sociaal-demokratie. Maar met dit al is de vooruitgang nog maar heel weinig gebaat, want tegenover links staat 'n groeiend rechts, 'n machtiger wordend klerikalisme. De reeds genoemde cijfers bewijzen dit. De achteruitgang van het klerikale stemmenaantal in 1901 beduidt hoegenaamd nog niet 'n achteruitgang van het klerikalisme. (Men houde er bovendien bij in 't oog, dat toen in 11 klerikale districten niet gestemd werd; in 1897 slechts in 7 niet). De opkomst in 1901 was bijzonder slecht; en de grootste laksheid heerschte toen juist bij de kerkelijken. Het is hier volkomen onnoodig daarvan de oorzaken op te | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 299]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
sporen. Nà 1901 wordt het klerikalisme steeds machtiger en er is waarlijk zooveel politiek inzicht niet voor noodig, om te durven voorspellen, dat het in 1913 geen keer genomen zal hebben, al is 't heel goed mogelijk, dat het dan zetels verliezen zal. Maar zelfs aangenomen, dat door de uiterste krachtsinspanning van links, en het wellicht op z'n lauweren gaan rusten van rechts, de stemmenverhouding zich ten gunste van het liberalisme ging verplaatsen, dan zou dit in geen geval dermate kunnen zijn, dat de linksche partijen de meerderheid van de stemmen verkregen, en nog minder zou men er dan een duurzame verbetering uit mogen afleiden. Onder alle omstandigheden blijft de voornaamste vraag, die men zich van links stellen moet, deze: Wat is de oorzaak van het klerikalisme in Nederland? Weten de linksche politieke leiders daarop geen antwoord te geven, dan verdienen zij hun rol van leider niet. Wat beduidt een leider, die niet eens de kracht van zijn tegenpartij kent? Wat wil hij doen, om z'n tegenpartij te verslaan? ‘De 11e Juni 1909 toonde aan, hoe dom de meerderheid van ons volk nog is’. Zoo zuchtten de linksche partij-organen, en troostten zich met de hoop, dat het toch niet altijd zóó blijven kan. Wat 'n wijsheid, wat 'n moed! Neen, zóó zal het niet altijd blijven; alle politieke duisterlingen met de politieke stommelingen te zamen kunnen ten slotte den vooruitgang niet tegen houden. Maar wat zal er moeten gebeuren? Als de verkiezingen het peil van volksontwikkeling aangeven - en men kan de zaak uit geen ander oogpunt beschouwen, - dan hebben de verkiezingen van 1897, 1901, 1905 en 1909 overeenstemmend bewezen, dat de volksontwikkeling in Nederland op 'n laag peil staat. Een politieke beginneling zou nu terstond de vraag doen: hoe komt dat? Niet alzoo de politieke partijleiders in Nederland, d.w.z. de leiders van links niet; die van rechts weten het drommels goed. Is er nu heusch zooveel verstand voor noodig, om de oorzaak van onze lage volksontwikkeling te zoeken in het volksonderwijs? | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 300]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De grondslag van de volksontwikkeling is: het lager onderwijs; meer dan 90% van het volk geniet geen ander onderwijs dan dit. Op zichzelf kan de lagere school nog maar 'n zeer geringe ontwikkeling meegeven. Maar zij kàn en moet den grondslag leggen, waarop in 't latere leven voortgebouwd kan worden. Wat willen menschen beginnen, die lezen noch schrijven kunnen? Zeker, anderen kunnen hen mondeling nog iets ontwikkelen, maar wat zou dit beduiden? Voor hen persoonlijk veel, voor de ontwikkeling van het gansche volk niets. Als minimum mag men dus eischen, dat iemand moet kunnen lezen en schrijven, om zich verder te ontwikkelen. Dan eerst kan hij het machtigste middel voor zijn verdere ontwikkeling, nl. de pers, gebruiken. Wanneer men nu onder dat lezen alleen verstaat het kunnen spellen der woorden, dan zou de lagere school 'n zeer goeden grondslag leggen, want dàt kunnen de leerlingen na één jaar reeds. Maar dat beduidt niets. Men moet het gelezene kunnen begrijpen en verwerken, en om dàt te kunnen doen is 'n 6 jarige schoolopleiding - zooals het volk in Nederland die heeft - beslist onvoldoende. Als volwassenen niet alleen aan hun krant of aan een of ander boek wat willen hebben, maar ook aan een voordracht, aan 'n ontwikkelingskursus, dan moeten zij wàt méér kennen dan lezen en schrijven, dan moeten zij reeds 'n graad van algemeene ontwikkeling verkregen hebben, die onze lagere school in 6 jaar onmogelijk geven kan. Daarvoor zou noodig zijn een school, waarop de leerlingen tot hun 14e jaar bleven, en die daarna gevolgd werd door 'n voortgezette school (herhalingsschool), ook weer gedurende 2 of meer jaren. Slechts dàn eerst zouden jongelui van 16, 17 jaar en ouder bekwaam genoeg zijn, om van de ontwikkelings-mogelijkheden der volwassenen: de pers, voordrachten, kursussen, het rechte gebruik te maken. Wat heeft het Nederlandsche Volk daarentegen gehad? Slechts 'n schoolopleiding tot het 12e jaar, en daarna niets meer. Het kleine beetje en dan nog gebrekkige herhalingsonderwijs beduidt bitter weinig. En het Middelbare Onderwijs voor de kinderen onzer burgerij, onzer ‘betere’ standen? Och, | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 301]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ik heb er reeds meermalen op gewezen, hoe gering het percentage is, dat dit onderwijs volgt. Is het dus te verwonderen, dat ons volk dom is? En wie heeft het meeste vat op den domoor? Hij, die hem van den vooruitgang praat of hij, die hem in duisternis wil houden? Natuurlijk de laatste, de klerikaal. En zoo komt het, dat het klerikalisme in Nederland zoo welig tiert. Het leeft en mest zich vet van de volksdomheid. Nu is die volksdomheid niet overal in ons land gelijkmatig verdeelt. Er zijn klerikale, er zijn liberale streken. Waar zoo? Dat leeren ons de verkiezingscijfers op de blz. 307-308. Daar zien wij duidelijk, waar nog de macht van het liberalisme en waar die van het klerikalisme in de eerste plaats schuilt. De districten in hun samenhang, provinciesgewijs genomen, leeren, hoe het liberalisme het sterkst is in het Noorden van ons land, en in macht afneemt, naarmate men zuidelijker komt. De steden Amsterdam, Rotterdam en 's Gravenhage heb ik afzonderlijk beschouwd, omdat de toestand in deze steden anders is dan op het platte land, eensdeels door de grootere opeenhooping van het industrieele proletariaat, maar ook en niet minder door de grootere ontwikkelings-mogelijkheid, die de groote steden aanbieden. Daardoor hebben de linksche partijen ook in de groote steden den meesten aanhang en de meeste kans om vooruit te komen. Maar dat ook het platte land niet noodzakelijk den aanhang van het klerikalisme behoeft te leveren, bewijzen de provincies Groningen en Friesland, en vòòr alles: Drente, de liberaalste provincies van het heele land. Hoe is die ongelijke verdeeling van liberalisme en klerikalisme in ons land nu te verklaren? Dat wordt duidelijk, als wij bedenken, dat wij twee soorten van lager onderwijs hebben: openbaar en bijzonder, d.w.z. kerkelijk onderwijs. Het is zeker duidelijk, dat het kerkelijk bijzonder onderwijs nog eenige graden slechter is dan het openbaar onderwijs. Of misschien wil men liever hooren: dat het kerkelijk bijzonder onderwijs nog in veel hoogere mate het volk geschikt maakt voor klerikale kiezers dan het openbaar. Daarmee is nu niet gezegd, dat alle leerlingen der bijzondere scholen later klerikale kiezers worden. Maar dat het grootste deel het niet zal worden, wordt tegengesproken door de volgende cijfers, om- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 302]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
trent de verdeeling van het openbaar en bijzonder lager onderwijs in de verschillende provincies van ons land. De percenten zijn nauwkeurig berekend uit de opgaven voorkomende in de regeeringsverslagen omtrent den toestand van het onderwijs.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 303]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Leeren deze cijfers nu niet ten duidelijkste, dat het liberalisme het sterkst is in streken waar het openbaar onderwijs het in omvang wint van het bijzonder onderwijs? Of zou het louter toeval zijn, dat in Drenthe met zeer weinig bijzonder onderwijs, het klerikalisme ook het kleinste percent kiezers heeft van alle provincies? De zuidelijke provincies Limburg en Noord-Brabant zijn, zoo al niet 'n bewijs tegen mijn stelling, dan toch 'n heel zwak bewijs er vóór, zal misschien menigeen opmerken. Daarop antwoord ik: in geenen deele! Want men moet er wel bij in 't oog houden, dat het zoogenaamde openbaar onderwijs in Limburg en Noord-Brabant, waar de kerk absoluut heerscht, in den grond der zaak niet veel anders is, dan bijzonder kerkelijk onderwijs. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 304]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dat is in de andere provincies en vooral in de noordelijke en in de groote steden niet het geval. De provincies Limburg en Noord-Brabant zijn iets afzonderlijks en eveneens bewijzen voor mijn beweren: waar werkelijk neutraal openbaar onderwijs overheerscht, daar schuilt de macht van de linksche partijen. En hiermee is tevens gezegd, wat alleen in de toekomst Nederland van de priesterheerschappij verlossen kan: algemeen goed en openbaar onderwijs, dus: weg met het bijzonder kerkelijk onderwijs! De Staat (of de gemeente) zorge voor goed, algemeen, maatschappelijk onderwijs, dat opleidt tot staatsburger en burgeres. Dit is de Staat verplicht aan àl zijn kinderen. Willen de ouders hun kinderen nog 'n bijzondere opleiding voor een of ander kerkgenootschap geven, dat is hùn zaak. De Staat zal dat niemand beletten, maar het staatsbelang, het belang van het heele volk, de toekomst van ons vaderland eischt, dat de Staat allen kinderen dezelfde staatsburgerlijke opvoeding geeft, en dat kan alleen geschieden in de algemeene, openbare volksschool. De kerkelijke partijleiders zijn slimmer dan de liberale partijmannen. Zij weten zeer goed, dat hun macht schuilt in slecht onderwijs. Waar het openbaar onderwijs door den geest des tijds - die gelukkig ook in ons land niet spoorloos voorbijgaat - beter is geworden, daar trachten zij dat openbaar onderwijs te verzwakken. En dat gelukt hun volkomen met de millioenen, die het Nederlandsche volk aan hun kerkelijke scholen ten geschenke geeft. Bovenstaande cijfers leeren ook, hoe het bijzonder onderwijs in versneld tempo vooruit, het openbaar daarentegen even snel achteruitgaat. Terwijl van 1897 tot 1907 de vooruitgang van het bijzonder onderwijs 3.1% bedroeg, was dit van 1907 tot 1908, dus in 1 jaar al 1.1% geworden. 15 Januari 1908 was n.l. de verhouding 30.7% (29.6% in 1907) bijzonder onderwijs tegen 69.3% (70.4% in 1907) openbaar onderwijs, alleen wat betreft de mannelijke schoolbevolking. Deze sterke aftakeling van het openbaar onderwijs vooral na 1900 zal natuurlijk eerst zijn invloed doen gelden op latere verkiezingen. Niet overal in dezelfde verhouding. Want nadrukkelijk moet ik herhalen, dat het schoolonderwijs niet de eenige factor van iemands gees- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 305]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
telijke ontwikkeling is, maar wel de belangrijkste. In steden met meer ontwikkelingsmogelijkheden - ik zei het reeds - kàn de liberale idee - natuurlijk de werkelijk liberale idee, nog ingang vinden ook bij vroegere leerlingen van kerkelijke scholen, maar op die enkelen komt het niet aan. Wij moeten zien naar de massa, en ons afvragen: waardoor is deze voor den vooruitgang te winnen? En dan kan 't antwoord niet anders luiden dan: door goed openbaar onderwijs. Wie dit niet leert uit de nauwgezette studie van de verkiezingen in verband met de ontwikkeling van ons volk, en dus ook in verband met ons volksonderwijs, is m.i. verblind. Als de linksche partijen dit niet gaan inzien, dan ziet het er voor de toekomst van Nederland zeer treurig uit. Tot nog toe schijnen zij hoegenaamd geen idee gehad te hebben van de ware macht van het klerikalisme. Zouden zij anders in de Tweede Kamer de millioenen voor het bijzonder onderwijs toegestaan hebben, waardoor hun eigen positie verzwakt wordt, en steeds zwakker worden zal? De grootste schuldige in dezen is echter het liberalisme, of liever de liberale partij. Eens had zij de macht in de Regeering. Had zij toen liberaal en met ver vooruitzienden blik gehandeld, dan had zij ons land al 50 jaar geleden leerplicht tot het 14e jaar moeten geven, en voor goed openbaar onderwijs moeten zorgen; dan had zij het herhalings- en het vakonderwijs moeten regelen op 'n goeden grondslag. En wat deed zij? Aan den vooravond der verkiezingen, den 9en Juni 1909 schreef Charles Boissevain nog in het Handelsblad: ‘Wij moeten trouw blijven aan dat groote volksbelang: het Onderwijs. Hier en daar is men verflauwd in den ouden ijver, zeer ten onrechte. Wij moeten het onderwijsstelsel (bedoeld is: het Openbaar Ond.) blijven steunen en hooghouden.’ Dergelijke lofredenen op de liefde der liberalen voor het onderwijs leest men in hun bladen wel meer. Ik ben altijd stom van verbazing als ik dezen - leugen lees. Want 'n leugen is 't, al spreken velen hem wellicht in goed vertrouwen na. Behoef ik na al het voorgaande nòg eens met cijfers en feiten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 306]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bewijzen, dat de liberalen schandelijk hun plicht tegenover het volksonderwijs verzaakt hebben?Ga naar voetnoot1) Dat is echter geweest. Wat moet er gedaan worden, om uit de duisternis te geraken, om van de priesterheerschappij verlost te worden? Voor wie werkelijk den vooruitgang van ons land dienen wil, is daarop maar één antwoord: in de komende jaren de kiezers trachten te overtuigen van de groote gevaren, welke ons land bedreigen van de klerikale overheersching. Waar de linksche partijen in de gemeenteraden nog de meerderheid hebben moeten zij het openbaar onderwijs gaan verbeteren, om daardoor den voortgang van het bijzonder zooveel mogelijk te stuiten. De regeering zal zulk pogen wel, waar 't kan, tegenwerken. Zooveel te grooter is de plicht van de linksche partijen om in deze zaak, samen te werken. En komt dan eenmaal de tijd, dat de linksche partijen in de Tweede Kamer over 'n meerderheid beschikken kunnen, dan flink, eerlijk en liberaal ons land gegeven, wat het zoo dringend noodig heeft:
een goede, openbare en algemeene volksschool. Amsterdam, Juli 1909. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Naschrift.De tabellen, omtrent het aantal uitgebrachte stemmen in de 100 kiesdistricten bij de hoofdverkiezingen van 1897-1909 konden helaas niet opgenomen worden wegens te grooten omvang. De samentrekking van al die cijfers voor de provincies en voor de groote steden: Amsterdam, Rotterdam en 's Gravenhage vinden de lezers hierachter. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 307]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aantal uitgebrachte geldige stemmen bij de Hoofdverkiezingen voor de Tweede Kamer.
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 308]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|