Mineralen in de Transvaal.
De heer Lion Cachet heeft een werk uitgegeven, dat veel en onpartijdig licht werpt op de Transvaal en de Transvalers, wier deputatie ook België bezocht heeft. Onder ander zegt deze schrijver:
‘Geen deel van Zuid-Afrika, misschien deel der wereld, is zoo rijk aan mineralen als de Transvaal. Goud en zilver, ijzer, koper, lood en cobalt, manganese en tin; oker, porceleinaarde, marmer en salpeter; edelgesteenten en steenkool komen uit den schoot van dit rijk begiftigd land te voorschijn.
‘Onder deze schatten staat de steenkool, die vooral op het Hoogeveld, langs de oevers der rivieren en spruiten naar buiten dringt, of elders in de scheuren der bergen het daglicht zoekt, bovenaan. De gehalte van de steenkool is over het algemeen uitstekend, en de dikte der lagen is kwalijk bij benadering te bepalen. Men vindt steenkool in Utrecht (eene Zuid-afrikaansche stad) ongeveer 3500 voet boven de zee en nabij Klipstapel, op eene hoogte van 6000 voet. Zonder overdrijving kan men den steenkoolvoorraad der Transvaal onuitputtelijk noemen.’
In eene nota zegt de schrijver dat men geene mijn behoeft te openen; men graaft eenige voeten diep in den grond en men vindt er de steenkool. Men kent dan ook tot nu toe slechts de steenkoollaag, die langs de oppervlakte van den bodem ligt. Waarde heeft dit artikel nu niet; doch als eens de spoorweg zal gelegd zijn, zal de steenkool een belangrijk artikel van handel kunnen worden.
Over de goudvelden, zegt de schrijver het volgende: De ‘goudvelden’ van Transvaal, voor zoover die reeds ontdekt zijn, liggen in een halven cirkel rondom Lijdenburg - van Pelgrimsrust, nabij de Blijde-rivier tot aan Eersteling, eenige mijlen ten zuiden van Marabastad. De ‘goudkleur’ wordt bijna overal in het noordoostelijk gedeelte der republiek gevonden, doch het goud zelf, in bevredigende hoeveelheden, voor alsnog slechts op drie of vier plaatsen, in de nabijheid van Lijdenburg.
‘Hoe rijk de Tranvaalsche bodem is aan goud valt voor het oogenblik nog moeielijk te bepalen, doch dat er, zoo de ‘velden’ behoorlijk bewerkt kunnen worden, schatten, zoowel van alluviaal goud als van quartz, aan het licht zullen komen, wordt door bevoegde beoordeelaars verzekerd; klompen goud, nuggets, zijn gevonden van verscheidene ponden zwaar, en honderden ponden gewicht aan Lijdenburgsch goud, zijn reeds op de markt te Pieter-Maritzburg verhandeld, of, direct uit Transvaal, naar Europa verscheept. Toch is het edele metaal voor Transvaal als een Boerenstaat van veel minder weerde dan de onaanzienlijke steenkool.
‘Lood wordt, in Transvaal, voornamelijk in de districten Pretoria en Marico gevonden. Vooral in het laatstgenoemde district duiden talrijke oude smeltgroeven aan, hoe ijverig de inboorlingen daar, in vroegere jaren, aan het smelten zijn geweest.
‘Op de plaats ‘Zendelingspost’ nabij Mosega, is de gansche bergrand doorsneden van lood, doch de rijke mijn, die nu bewerkt wordt, ligt 25 mijlen meer ten zuiden, aan den weg naar Potchefstroom. Uit deze mijn werden stukken bijna zuiver lood verkregen van 100 pond zwaar; en in twee jaar (1877 en 1878) leverde de smeltoven over de 420.000 pond lood.
‘Deze mijn is op dit oogenblik de meest bekende in de Republiek, doch op vele andere plaatsen wordt lood gevonden, en wachten de mijnen slechts op behoorlijke bewerking om rijke winsten af te werpen.’
Zilver werd slechts gevonden in verbinding met lood, doch koper is er van ouds gesmolten. De koperen ringen die de Kaffers dragen, worden door hen zelven vervaardigd. IJzer wordt er in overvloed gevonden De diamant is er niet vreemd.