De Belgische Illustratie. Jaargang 15

Van Dyck en de waarde zijner kunstwerken.

Als er in onzen tijd eene schilderij van Antoon van Dyck onder den hamer komt, wordt zij met honderdduizenden betaald en het is daarom wel eens wetenswaardig na te gaan wat zijne werken in de XVlI^e eeuw geschat werden, ofschoon men niet mag vergeten dat de verhouding tusschen het geld van dien tijd en nu, aanzienlijk is. Hoe het zij zichier eene schatting van eenige zijner schilderijen in gemeld tijdvak (zie Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool).

Twee Engeltjes, op paneel gl. 400

Eene troni met naakte schouders, op paneel gl. 60

Sint Franciscus aan de voeten van den Heer gl. 350

Een Christushoofd gl. 72

Eene geschetste Magdalena-Tronie, op paneel geplakt gl. 60

Het Konterfeitsel van Karel Schotte, Pensionnaris der stad Brussei, op doek. gl. 125

Eene geschetste Tronie, op paneel. gl. 50

Eene geschetste Oude-Manstronie, met groen kleed gl. 50

Een Mansportret, de hand met lob op. de borst gl. 200

Eene Vrouwentronie met hangende haar, papier geplakt op paneel gl. 80

Een Mansportret met witten baart. gl. 60

Eene schets van Hermida en Renaldo. gl. 300

Een geschetste Kersnacht. gl. 72

Een Portret met mantel en hand. gl. 200

Eene Vrouwentronie met witte en zwarte ‘coove’. gl. 100

Twee konterfeitsels van Cornelis en Lucas de Wael, op éenen doek. gl. 600

Twee konterfeitsels van de Jode Vader en Zoon, op énen doek. gl. 600

Een portret met twee handen met lobben, op paneel. gl. 100

Onze-Lieve-Vrouw aan de krib met den Ezel. gl. 250

Twee portretten ‘Rabat met sijn Vrouwe,’ kniestukken. gl. 300

Sint Petrus en Sint Paulus, doek op paneel geplakt. gl. 400

Sint Jeronimus, op paneel. gl. 350

Eene Vrouw in eenen leunstoel. gl. 450

Een Man in eenen houten stoel. gl. 72

De Zieke nemende zijn bed op. gl. 800

Sint Jeronimus in een landschap, op doek. gl. 250

‘Carolus Stuart, Coninck van Engelant en de Coninginne,’ twee stukken. gl. 1200

Sint Xaverius met Onze-Lieve-Vrouw, doek op paneel. gl. 800

Christus aan het Kruis, op doek. gl. 800

Sint Jeronimus, op doek. gl. 1000

Sint Sebastianus, groote schilderij. gl. 1000

Eene Vrouw met een Kindje ‘presenterende een paer hantschoenen’ op doek. gl. 800

Van Dyck won wel is waar veel geld, doch de man kon het ook roijaal ‘klein krijgen.’ Zijne geschiedschrijvers zeggen dat toen hij in Engeland verbleef, hij immer tot over de ooren in de schulden zat, en veel meer verteerde dan hij verdienen kon. Indien Van Dyck eens uit zijn graf kon komen en zijne doeken letterlijk met goud zag overdekken, zooals in onzen tijd, zou hij het zeker betreuren dat koopers en verkoopers er duizenden en duizenden op winnen en dat hij, voor dit of dat stuk, slechts 60, 80, 100 gulden en meer trok. Doch dat is het lot van de meeste kunstenaars! Men waardeert ze slechts buitengenwoon hoog... als ze dood zijn.