Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Belgische Illustratie. Jaargang 14 (1881-1882)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 14
Afbeelding van De Belgische Illustratie. Jaargang 14Toon afbeelding van titelpagina van De Belgische Illustratie. Jaargang 14

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (28.05 MB)

Scans (1450.37 MB)

ebook (27.56 MB)

XML (3.02 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Belgische Illustratie. Jaargang 14

(1881-1882)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Onze gravures.

Niet groot genoeg.

Wij gelooven niet dat er iemand zoo onbarmhartig zou kunnen zijn, om een klein meisje, dat zich in de positie bevindt van dat onzer gravure, niet onmiddellijk eene behulpzame hand toe te reiken. Het is zoo eene kleine moeite, de smeekende blik der kleine is zoo welsprekend, en haar glimlach is zulk eene kostbare vergelding, dat men met vreugde de gelegenheid aanvat, om de kleine van dienst te zijn. Het is dan ook te verwachten dat het meisje op onze plaat niet lang te vergeefs het handje naar den klopper zal uitstrekken. Maar of zij op lateren leeftijd, bij gelegenheden, waar zij ‘niet groot genoeg’ mocht blijken, altijd zulke dienstvaardige geesten zal vinden, is eene andere vraag. Gewoonlijk toch ontmoeten zij, die in het woelige leven dezer bedrijvige wereld niet voor hunne taak opgewassen zijn, in plaats van welwillend, hulpvaardig medelijden, slechts spotternij en leedvermaak, en bij de eerste tekortkoming is de nijd gereed, den ongelukkige, die ‘niet groot genoeg is,’ nog kleiner te maken, terwijl hij met eene kleine handreiking, een aanmoedigend woord misschien geholpen ware geweest. De maatschappij kon er slechts bij winnen, wanneer de menschen op het voorbeeld van den grooten Hartekenner wat meer de meening voor de daad namen.

Chester Arthur, president der Vereenigde Staten van Noord-Amerika.

Niet door de keuze des amerikaanschen volks, maar door het wapen van een ellendigen moordenaar, werd Chester Arthur, de nieuwe president der Vereenigde Staten van Noord-Amerika, tot deze hooge waardigheid verheven. Onze lezers kennen den aanslag op het leven van president Garfield door den zich noemenden ‘Stalwart der Stalwarts’ Guiteau, welke den dood van het slachtoffer heeft ten gevolge gehad en de woorden van den moordenaar: ‘Nu zal Arthur president zijn!’

Het doel is dus bereikt; de Noordamerikaansche constitutie bepaalt dat zoodra de president zijne hooge functiën niet meer kan uitoefenen, de vice-president in zijne plaats treedt. Dit wist de moordenaar. Van daar zijn aanslag en van daar ook dat thans aan het hoofd der Unie een man staat, die anders nooit deze waardigheid zou bekleed hebben.

Chester Arthur behoort tot de partij der Stalwarts, dit wil zeggen tot de radicale republikeinen, aan wier hoofd Grant, de voormalige president, en de voormalige senator Conkling staan, twee der grootste tegenstanders van generaal Garfield. Deze partij stelt zich hoofdzakelijk ten doel te beschikken over alle landsbetrekkingen, en deze bij wijze van belooning te schenken aan eigen vrienden en partijgenooten, waarom zij bij het eigenlijke volk weinig bijval vindt en nu nog meer verfoeid wordt om den laffen moord van den energieken man, die het zich tot taak had gesteld alle bedrog uit de administratie te weeren, en daarvan reeds doorslaande bewijzen had gegeven.

In welken geest de nieuwe president nu liet roer van staat zal voeren, kan nog niet gezegd worden. Onder den invloed van Garfields dood, schijnt hij te kennen te hebben gegeven diens voetstappen te zullen drukken, doch het is te vreezen dat zijne partijgenooten hem wel tot hun creatuur zullen maken, en dat de amerikaansche aangelegenheden onder zijn bestuur weêr denzelfden weg van wanorde zullen opgaan, als dit het geval was onder generaal Grant.

In afwachting daarvan geven wij hier eene beknopte levensbeschrijving van den nieuwen president.

Chester Alan Arthur werd in 1830 te Fairfield, een plaatsje in den staat Vermont geboren. Reeds jong kwam hij te New-York, waar hij schitterende studiën deed en later zich als advokaat vestigde. In deze betrekkingen maakte hij zich een grooten naam, doch liet zijne loopbaan bij het uitbreken van den oorlog varen en bekleedde daarna in het Noordamerikaansche leger achtereenvolgens de rangen van hoofd-ingenieur, inspecteur-generaal en kwartiermeester-generaal. Zoodra de oorlog geeindigd was, werd hij door president Grant benoemd tot ontvanger der douane aan de haven van New-York, uit welke betrekking hij echter door Grant's opvolger, president Hayes werd ontzet.

De geruchten over hem luiden zeer verschillend. Sommigen schilderen hem af als trouw aan zijn plicht en bovenal nauwgezet en eerlijk, zoo dat hij na den oorlog en het neêrleggen van zijne betrekking als kwartiermeester-generaal even arm of nog armer was dan bij zijne benoeming. Anderen daarentegen beweren dat president Hayes hem alleen van zijn ontvangerschap heeft afgezet, dewijl hij van zijne betrekking misbruik maakte om zich zelven te verrijken. Hoe het ook zij, zeker is het, dat toen de partij van Grant de neêrlaag leed in hare pogingen om dezen opnieuw tot president te doen benoemen, men Arthur het vice-presidentschap wist te bezorgen, eene betrekking,

[pagina 63]
[p. 63]

die zoo lang de president leeft van heel weinig beteekenis is, doch van gewicht wordt, zoodra deze sterft, zoo als nu uit zijne verheffing blijkt.

Garfield werd den 4en maart 1878 tot president gekozen, zijn opvolger zal dus in 1884 weêr moeten aftreden en nu reeds houdt men het er voor, dat hij geene pogingen onbeproefd zal laten om zijne hooge plaats te doen innemen door zijn beschermer en partijgenoot, generaal Grant.

Een zondagsuitstapje op den Ohio.

De toenemende zucht naar genoegen en uitspanning openbaart zich in den laatsten tijd vooral in het deelnemen aan pleiziertreinen en pleizierbooten; en als er nu toch genoten en geld verteerd moet worden, dan weten wij niet ot het maken van uitstapjes in de vrije natuur wel het slechtste middel daartoe is. In ieder geval zal het voor den werkman, die de geheele week aan de doffe werkplaats gebonden is, zeker veel gezonder zijn zich een dag in de buitenlucht te vermaken, dan zijn vrijen tijd in de herberg door te brengen. Intusschen kan men ook hier overdrijven en zijn dergelijke uitspanningen onvoorwaardelijk af te keuren zoodra het oud-vlaamsche spreekwoord: ‘Zet de tering naar de nering’ er bij uit het oog wordt verloren of de stichtelijke zondagviering er aan wordt opgeofferd.

Waar echter de zondag zoo onuitstaanbaar vervelend is als in de steden der Vereenigde-Staten, waar gelijk men weet, de engelsche manier van rustdag houden nog in voege is, daar wordt het al zeer vergeeflijk en verklaarbaar dat de stedeling den rustdag liever aan een uitstapje wijdt, dan hem in eene stad door te brengen, die letterlijk uitgestorven schijnt. Vooral de groote stoombooten, die des zondags tegen verminderden prijs tochtjes in den omtrek maken, doen hem daartoe het middel aan de hand, en een oog op onze gravure kan den lezer overtuigen of er van dat middel ook gebruik gemaakt wordt.

Bijna alle klassen en standen nemen aan die watertochtjes deel, maar vooral is de arbeidende bevolking der groote steden, zoo als Cincinnati en Louisville, er op verzot; met hun geheele gezin ontvluchten zij des zondags den drukkenden sabbaths-atmosfeer der stad, om zich in de vrije natuur van het vermoeiend dagwerk eener geheele week te verpoozen.

Het zijn voornamelijk de talrijke in Ohio wonende Duitschers, die van de goedkoope reisgelegenheid, welke hun des zondags door de stoombooten wordt aangeboden, gebruik maken om van het gezicht op de prachtige oevers van den ‘Amerikaanschen Rijn’ te genieten. Gewoonlijk wordt een korps muzikanten meêgenomen en onder de eeuwenoude boomen op de lachende heuvels, die meestal het doel dier uitstapjes uitmaken, weêrklinken dan de geliefkoosde liederen uit de duitsche Heimath.

De stoombooten, waarvan men zich tot die watertochtjes bedient, zijn reusachtige gevaarten met drie of vier boven elkaâr gelegen dekken, aan alle kanten open, zoo dat de reizigers zoowel van de frissche lucht als van de heerlijke gezichten volop kunnen genieten. Door die doelmatige inrichting zijn de booten in staat eenige duizenden passagiers op te nemen, en nog zijn zij niet te groot.

De op onze gravure afgebeelde boot is de Sherlock, die 285 voet lang is, een inhoud heeft van 1700 ton en regelmatig tusschen Cincinnati en New-Orleans vaart. Zij heeft drie dekken en kan zonder moeite 3000 personen bevatten, welk aantal, de kinderen meêgerekend, overigens gewoonlijk aan dergelijke watertochtjes deelneemt. Men verlaat des morgens vroeg de kaaien van Cincinnati om er tegen middernacht weêr aan te landen. Geestrijke dranken worden aan boord niet verkocht; men kan er daarentegen koffie, thee, limonade en dergelijke ververschingen, alsmeê koude en warme spijzen krijgen.

Ondanks het groot aantal passagiers komen er maar zelden ongelukken voor, en gewoonlijk heerscht er eene onschuldige vroolijkheid onder de talrijke deelnemers aan die spelevaarten, waarnaar zij eene geheele week verlangend hebben uitgezien.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken