Een Spaansche fotograaf.
Op het platteland is het in 't vaderland van den Cid al eveneens gesteld als overal, waarde uitvindingen van onzen tijd slechts bekend zijn bij naam. De verschijning van een fotograaf is er dus eene gebeurtenis van gewicht, waaraan zich zelfs de aleade van het dorp niet kan onttrekken. Integendeel, hij is de eerste, die zich aan de kuur onderwerpt om zijn beeld door de zon, op een stukje papier te laten teekenen welk voorbeeld door zijne gemeentenaren zal worden gevolgd. Of het den fotograaf moeite heeft gekost het dorpshoofd daartoe over te halen, zegt de schilder niet; maar het zou zoo onmogelijk niet zijn, want het landvolk is nergens afkeeriger van dan van hetgeen het niet kent. Intusschen is de fotograaf geslaagd. De aleade troont op den poseerstoel met al de waardigheid, die een aleade kan ten toon spreiden, en zal zeker niet weinig verheugd zijn, zijne beeltenis in zijne kamer te kunnen ophangen, als eene gedachtenis aan dit plechtige oogenblik.