Kurk tot wering der vochtigheid.
Na den watersnood, die in zoo vele streken der Nederlanden honderden woningen onder water gezet heeft, zullen verscheidene menschen weêr last hebben van de vochtigheid, die de muren en vloeren hebben opgezogen. Doch behalve dit zijn er nog vele huizen, die de onaangename eigenschap hebben van nooit goed droog te willen worden, zoodat er geen behangsel of verf op de muren en het houtwerk houden wil. En was dit het eenige ongerief nog maar! Doch voor de gezondheid is die vochtigheid, welke in ons land toch zoo dikwijls voorkomt, allernadeeligst.
Lieden nu, die er iets voor over hebben, vinden zich door de volgende ontdekking in staat gesteld, dat ongemak aan hunne woning te verhelpen.
Ieder kent het kurk, zoo als het in den handel komt en ieder kent ook de lichtheid, het afzonderend vermogen en de verdere eigenschappen van die stof; dat kurk is niets anders dan de binnenste lagen der schors van den kurkeik. De buitenste laag daarentegen, die welke zich het eerst rondom den boom vormt, en die wegens hare groote ruwheid van weinig nut is, is minder bekend.
Dit ruwe kurk nu wordt met goed gevolg aangewend tot de bekleeding van vochtige muren, waarop het zoodanig vastgespijkerd wordt, dat de ruwe kant naar buiten gekeerd is. Vervolgens beplaastert men die rimpelige en brokkelige oppervlakte en verkrijgt alzoo eene soort van muurbeschol, dat men naar keuze behangen of verven kan, zonder dat de vochtigheid der muren het behangsel of de verf zal beschadigen.
De betrekkelijk matige prijs van die bekleeding en de voordeelen die zij aanbiedt in aanmerking genomen, is het te verwachten dat ze veelvuldig aangewend zal worden, hetgeen tevens tot gevolg zal hebben dat ook de buitenste schorslaag van den kurkeik, die tot heden bijna tot niets gebruikt werd, op hare beurt nuttig zal worden.