Elk wat wils.
Wenken en raadgevingen door Parvulus.
- Een bittertje?
- Dank u, ik mag geen sterken drank.
- Mijnheer is afschaffer?
- Och neen; ik houd een bittertje voor nog zoo kwaad niet, altijd, wel te verstaan, voor den rechten man op den rechten tijd; et voilà: de eerste voorwaarde ontbreekt mij; ik kan het niet goed verdragen; daarom zie ik er maar van af: maar er zijn er velen, wien een bittertje of een glaasje Chartreuse of Benedictiner of Bernhardiner recht goed bekomen zal....
- Chartreuse? Benedictiner? Hm! hm! Ge noemt nog al wat op!
- Ja, ik weet wel; 't loopt er in: een paar francs of wat per flesch (en wat voor een flesch!); dat heeft ieder niet te missen. Neen, maar wat toch ieder doen kan is: zich voor eenige centiemen het hoofdbestanddeel dezer likeuren aanschaffen en zelf eenen maagverkwikkenden en versterkenden drank bereiden.
- Ge maakt me nieuwsgierig; laat eens hooren.
- Met alle pleizier; alzoo:
't Voornaamste bestanddeel dezer likeuren, waaraan zij èn hun aroma èn hunne in veel gevallen waarlijk wonderlijke werking ontleenen is de zoogenaamde Angelica-Archangelica, waarvan men de steelen of de dikke, lange, vleeschachtige wortel, zwartachtig van buiten, blank van binnen, gebruikt. - Zij dankt haren naam aan haren aangenamen aromatischen geur. - 't Is een plant, die ook hier wast niet alleen, maar tot in het hooge Noorden; de Laplanders b.v. gebruiken er een ongelooflijke massa van; zij pruimen haar als tabak bij de minste ongesteldheld of koliek. Zij werkt voortreffelijk op de maag, versterkt deze, wekt deze op, maakt de tong zuiver, verdrijft den witten uitslag er op, brengt honger en doet de spijzen beter verteren. Dit ondervinden vooral de convalescenten van slijm- en catarrhale koortsen; nog lang dikwijls zitten ze te kijken met een vuilen mond, een dikke witte tong, lusteloosheid, gebrek aan eetlust, enz. Welnu, een stukje Angelica nu en dan geknauwd, een weinig thee er van gedronken - en de zieke gevoelt zich herleven; de tong wordt zuiver, de eetlust keert terug en daarmee het eten en de krachten, en onze arme lijder is geholpen. - Maar ook zij, die zonder juist ziek te zijn, geplaagd worden door eene slechte maag - en hun getal is legio - die na het eten zich bezwaard gevoelen, zwellen, benauwd worden, in één woord moeielijk verteren; zij die in 't bezit zijn van zoo'n luie maag: zenuwachtige dames, personen die overhellen naar hypochondrie, letterkundigen, menschen overladen met zware zorg, zij die door overmaat zijn verzwakt enz., hier hebt ge uw dokter bij de hand: een kopje thee van Angelica spoedig - en ge zijt klaar.
- Gij, die door God met aardsche goederen zijt gezegend, koopt u voor veel geld een flesch Benedictiner, of Bernhardiner, Chartreuse of Baume Divine, Potsdammer Balsem of Universeel kruiden-maag-preservatief, Schauersche Balsem of Universeel maagbitter van Rosbach enz. enz. en gebruik er een likeurglaasje van vóór of na het eten. De anderen halen zich voor eenige centiemen Angelica in de apotheek en drinken haar als thee; of zetten ze gedurende een paar dagen te trekken op een flesch Rijnwijn (30 gram op een flesch) met eenige korrels Cardamon - en ge hebt uwe eigen gemaakte Chartreuse voor weinig geld, waarvan ge dan een paar maal daags een half wijnglas zult drinken. - Probatum.