De bloemkrans.
Een meisje, in een bloeiend weiland, op een met mos bedekten steen bij een beek gezeten, spiegelt zich in den helderen vloed om te zien hoe haar den bloemkrans staat welken zij zoo even gevlochten heeft. Ziedaar de gedachte, welke de duitsche schilder Pohle tot onderwerp heeft gekozen voor eene schilderij, die alleszins goed gelukt mag heeten. Hoe eenvoudig het onderwerp is, de heer Pohle heeft het zoo meesterlijk weten te behandelen, dat zijn doek onder de juweeltjes der hedendaagsche kunst verdient gerangschikt te worden.
De houding van het meisje zou niet levendiger en natuurlijker kunnen zijn; het licht op den achtergrond breidt zich zeer kunstig over haar gestalte uit en de bloemen en het groen der weide onderscheiden zich, zoowel als de hoofdfiguur, door een treffende fijnheid en zuiverheid van teekening.