Verarmd.
Meer nog dan schrijvers, bezitten schilders de macht om onze fantasie gaande te maken. Deze enkele vrouwenfiguur, wat geeft zij niet te denken! Zoo als zij daar staat, met hare fijne trekken, hare edele gestalte en hare armoedige kleeding, kan zij ons een gansche roman doen opbouwen. Het is blijkbaar dat zij betere dagen gehad heeft, en op dit oogenblik schijnt zij in den geest het heerlijke verleden aan het droevige heden tegenover te stellen. Hoe verviel zij van den welvaart in de armoede? Wat was haar levensloop? Ziedaar zoovele vragen die zij bij ons doet opkomen en die met verscheidene andere zouden kunnen vermeerderd worden. Wij wenschen er echter ditmaal ons voordeel niet meê te doen en drukken nog slechts de hoop uit dat zoo deze ongelukkige vrouw naar het leven genomen is, zij een liefdadige hand moge gevonden hebben die de doornen, welke de rozen op haar levenspad verdrongen, eenigzins afgestompt heeft.