De Belgische Illustratie. Jaargang 11
(1878-1879)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De– Auteursrechtvrij
[pagina 74]
| |
onder het twaalftal dorpsmeisjes, die waarschijnlijk wel zeer verschillende karakters hebben, maar toch allen bezield zijn met een sterke neiging tot spelen, gekheid maken en meer zulke dingen die slecht vereenigbaar zijn met het doel waartoe zij zijn bijeen gekomen. Om het talent te verkrijgen van rust en iever te handhaven in zulk een woeligen kring is het niet noodig dat men grondige studiën over de opvoedkunde gemaakt heeft, maar moet men begaafd zijn met een ijzeren geduld en een groote veerkracht van ziel. Door toegevendheid en strengheid met elkander te vereenigen is het alleen mogelijk die tongen in bedwang te houden, voor welke het bijna een onweêrstaanbare behoefte is zich duchtig te roeren. Wat al moeite moet het de eerbiedwaardige maitres gekost hebben om tot het doel te geraken dat zij thans schijnt bereikt te hebben. Hoe menigmaal zal zij dreigend over haar bril hebben moeten zien alvorens de jeugdige scholieren, zooals nu, ieverig en oplettend bleven voortnaaien! Deze gravure is genomen naar eene schilderij van Vautier, die er zich door doet kennen als een uitmuntend schilder van tafereeltjes uit het stilleven. |
|