De groote hitte in Amerika.
De zomer heeft dit jaar in Amerika op eene buitengewone wijze huisgehouden. Terwijl men er in het begin van mei dagen had, waarop men verplicht was zijn overjas te dragen, werden deze spoedig gevolgd door eene temperatuur, waarin de thermometer in de schaduw honderd graden F. teekende. De gevolgen bleven dan ook niet uit. In de groote steden van het westen werd spoedig een tiental gevallen van zonnesteek met doodelijken afloop dagelijksch nieuws. In enkele steden klom dit cijfer op een dag tot negen en veertig, terwijl honderden eveneens getroffenen er het leven nauwelijks afbrachten.
Zulk een toestand moest zeer natuurlijk van invloed zijn op het dagelijksch leven en spoedig werden dan ook alle werkzaamheden verricht gedurende den tijd, dat de zon het andere gedeelte der aarde ging verlichten en verwarmen. Met dat al moesten van overheidswege maatregelen genomen worden, om de getroffen ongelukkigen naar een daarvoor bestemd lokaal te vervoeren, waar pogingen werden aangewend om de levensgeesten weêr op te wekken en van waar de lijken naar de morgue vervoerd werden, om door hunne familiën herkend te worden.
De tijd daartoe bestemd kon bij zulk eene temperatuur niet anders dan zeer kort zijn en niet zelden gebeurde het, dat in het gedrang om de lijken te zien, nieuwe lijken vielen van ongelukkigen, die door de onuitstaanbare hitte overmand werden.
De stedelijke ambtenaren zelven vielen dikwijls als slachtoffers van hun plicht, in één woord, als in zulk eene druk bezochte stad de pest of eenige andere gevreesde ziekte had geheerscht, zou men niet in grooter angst hebben kunnen verkeeren.
Deze hitte heeft slechts zes dagen geduurd van den 10 tot en met den 16 Juli, doch in vele steden zijn geheele gezinnen er aan bezweken, terwijl het aantal rouwdragenden zoo groot is, dat men meent een nationaal rouwbetoon van een volk bij te wonen.