De doop.
Naar eene schilderij van Merle.
Van af de eerste tijden van het Kristendom hebben de plechtigheden, waarmeê over een nieuwen Kristen het water des levens werd uitgegoten, een zeer eigenaardig karakter gehad. Geheel de gemeente vierde ze meê en niet zelden bedacht de gelukkige vader van den doopeling op dien dag de armen op eene ruime wijze. In de middeleeuwen vinden wij die plechtigheden in al haren luister terug en 't is, te oordeelen naar de kleeding der figuren, daarheen dat onze gravure verwijst. De groep verlaat juist het kerkgebouw en wordt aan de deur door eenige kinderen opgewacht, die hun jubelkreten luide doen hooren. De vader, op wiens trekken men slechts geluk leest, kan niet anders dan in de tesch grijpen en met eenige geldstukken die deelneming beloonen. De fransche schilder Merle, wiens stukken reeds een blijvenden roem verwierven, heeft in deze schilderij van zijne gaven op't rijkste doen blijken, want zoowel elke figuur afzonderlijk als het geheel spreken voor een scheppingskracht, die alleen het kenmerk is van den waren kunstenaar.