De Belgische Illustratie. Jaargang 9
(1876-1877)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De– AuteursrechtvrijHet horlogemaken
| |
[pagina 229]
| |
Laat ons deze twee takken eens nader beschouwen. Zooals bekend is, laat men om het wrijven en verslijten der deelen, die voortdurend snel in beweging zijn, te voorkomen, de stalen spillen op kleine edelsteentjes draaien, waarin een gaatje geboord is. De cylinderhorloges hebben vier of acht doorboorde edelsteentjes, de ankerhorloges hebben er dertien of meer, en door die inrichting kan een horloge een menschenleven lang loopen, zonder in 't minst te verslijten. Die stukskes edelsteen, van de grootte van een gierstkorrel en de dikte van een vel papier, worden met diamantstof bewerkt, gewoonlijk door de bekwame hand van jonge meiskes. Als de steen, die met het microscoop onderzocht wordt, gekliefd is, gaat hij naar de machine, waar er een gaatje in geboord wordt. Dit werk is minder eene boring dan wel eene stempeling, een heel fijn snijwerk door middel van eene naald, die altijd dezelfde plaats raakt, terwijl zij met eene snelheid van vele honderdmillioenen malen per uur ronddraait. De naald zelve, ook al was zij van het hardste staal, zou op de steenen breken; daarom heeft de boring plaats door middel van diamantstof, dat zich rondom de punt der naald hecht, en welke, daar zij van zeer dun staal is, verandert in een bundel. Het werk van een geheel jaar zou in een pillendooske kunnen geborgen worden en vertegenwoordigt, zoowel wat stof als werk aangaat, een kapitaal, dat dikwijls honderd duizend franken te boven gaat. Men behoeft slechts meer van nabij eene spiraalveer van den slinger, die even fijn is als een haar, te onderzoeken, om zich een denkbeeld te kunnen maken van de behendigheid en het geduld, dat er noodig is om zulk een fijn voorwerp te maken, en dit wel te meer, daar het niet alleen te doen is om het den verlangden vorm te geven, maar om het de noodige duurzaamheid te doen hebben. Die spiraalveeren zijn een der merkwaardigste voorbeelden van de hoogere waarde, welke een stof door bewerking verkrijgt. Een centenaar best engelsch staal, dat men voor de veeren gebruikt, kost slechts 200 franken, terwijl een centenaar veeren, die geheel afgewerkt zijn, schier een half millioen franken waard zijn, zoodat de grondstof, tot horlogeveeren verwerkt, bijna drieduizendmaal meer waard is.
jean-baptiste madou.
Laat ons nu een vluchtigen blik werpen op het horlogemaken. Zooals wij reeds gezien hebben, werken er meer dair zestig werklieden aan één horloge. Op den laagsten trap der fabricage, gelijkt de bewerking nauwelijks op een horloge; zij bestaat daar uit het maken der koperen schijf, plaat genaamd, enkele wieltjses en andere stukken, die meestal met de machine vervaardigd worden. Er is nog geen quaestie van veeren, wijzers, wijzerplaten of kassen. De aanzetter onderzoekt dan het werk en laat er de laatste hand aan leggen, waarop zij in een andere hand overgaan. Nu worden er de stijltjes en bruggen aangebracht, de spillen aangeschroefd, de tanden gepolijst en alles, wat er noodig is om een horloge goed te doen loopen. De platen gaan vervolgens naar den kassenmaker, die ze, na ze behoorlijk gepast te hebben, naar den fabrikant zendt; eerst dan worden er de wijzerplaat en de wijzers in aangebracht. Voor de tweede maal gaat het horloge nu naar den aanzetter, die ze in de kas sluit, en er nog verschillende werkzaamheden aan verricht, als het schuren der spillen, wieltjes enz. Dan zet men er de veer in, dit wil zeggen het stuk waardoor het horloge loopt, terwijl de fabrikant van het sohakelwiel, den slinger en de andere deelen, die bij dit rad behooren, zooals o.a. de spiraal, er in zet. Het horloge is nu gereed, doch alle versierselen ontbreken nog. Het wordt daartoe weêr geheel uit elkander genomen en elk stuk opnieuw gepolijst, terwijl steeds in het oog gehouden wordt, dat alle deelen zoo min mogelijk wrijving hebben. De schroeven gaan naar den schroeven-polijster; de stalen stukken naar den | |
Ontdekkingsreizen in Afrika.
het huis waar in vrouw livingston overleed.
het graf van mevrouw livingstone.
| |
[pagina 230]
| |
staalpolijster; de koperen wieltjes naar den koper-polijster of naar den vergulder. In dien tijd is de kas naar den monteur gegaan, die er de scharnieren aan maakt; vervolgens gaat zij naar den graveur en eindelijk naar den polijster, die ze van binnen en buiten polijst. Zijn al deze werkzaamheden afgeloopen, dan gaan alle stukken naar den remonteur, die het horloge in elkander zet, vervolgens naar den poseur (degene die de steenen op hunne plaats brengt), waarna het werk in de kas gesloten wordt om in den handel gebracht te worden. Gedurende geruimen tijd waren de winsten van de horlogemakers der Jura zeer aanzienlijk, doch door een overvoerde markt en gedeeltelijk ook door politieke toestanden leed de handel zooveel, dat de prijzen van meer dan een tak van het horlogemaken tot op de helft daalden. De fabrikanten hebben echter altijd zaken weten te maken, hetzij door wijzigingen en gewichtige ontdekkingen, hetzij door nieuwe markten te zoeken in alle landen der beschaafde wereld. De voornaamste nieuwe markten vonden zij in Noord-Amerika: meer dan het derde gedeelte, misschien wel de helft der zwitsersche horloges gaan daarheen, want men moet niet vergeten, dat behalve de duizenden horloges, die in de havens der Vereenigde-Staten ingevoerd worden en er invoerrechten betalen, er een groot aantal komen door de landverhuizers. Het is ten minste een feit, dat alle Zwitsers, die naar Noord-Amerika trekken, twee horloges op zak hebben, waarvoor zij geen rechten behoeven te betalen. Ook in Azië worden veel zwitsersche horloges ingevoerd, de zwitsersche kantoren van Singapore, van Japan, enz. doen uitgebreide zaken. Om de vervalschingen zooveel mogelijk tegen te gaan, heeft men in de Jura van Neufchatel verschillende controle-bureaux opgericht, waar men jaarlijks omstreeks 250.000 horlogekassen stempelt, waarvan tweederde van zilver en een derde van goud zijn. Zooals men licht kan denken, komen alle kassen niet op die bureaux en men rekent dan ook, dat het kanton Neufchatel jaarlijks meer dan een half millioein horloges oplevert. Daarbij komt nog het onafgewerkt raderwerk, dat in tonnen vervoerd wordt, om later op de markten te verschijnen onder den naam van parijsche horloges. Het aantal werklieden der dorpen van het kanton Neufchatel, waar horloges gefabriceerd worden, bedraagt meer dan 30.000, waaronder een groot aantal vrouwen. De dagelijksche verdienste van een werkman bedraagt ruim tien franken. Behalve van deze moeten wij nog van Geneve spreken, waar omstreeks 8000 werklieden niets anders dan gouden luxe-horloges maken; van de Bernsche Jura met 23.000 werklieden en de vallei van Waadland, die met St.-Croix, Lausanne en eenige andere in de buurt gelegen plaatsen 8000 werklieden bezighouden. Dit zijn de voornaamste districten, waar het horlogemaken wordt uitgeoefend, zoodat er gezamenlijk meer dan 70.000 werklieden worden bezig gehouden, die hun land jaarlijks omstreeks 100 millioen franken opbrengen. De stad Besancon en Engeland zijn de eenige mededingers van Zwitserland op de markten der geheele wereldGa naar voetnoot(1). Om het horlogemaken zooveel mogelijk te bevorderen, bestaan er te Locle, Geneve, enz. scholen, waar in die kunst onderricht wordt gegeven. De horlogemakersschool van Geneve telt 60 leerlingen, die eerst op 14jarigen leeftijd er worden toegelaten; in de eerste klasse wordt de kunst in 't algemeen behandeld, en deze cursus duurt een jaar; de tweede klasse gaat verder, behandelt alles meer in bijzonderheden en duurt negen maanden, terwijl in de derde klasse les wordt gegeven in het samenstellen van repetitiehorloges en remontoirs. In de vierde en vijfde kla se eindelijk wordt het vervaardigen der onderdeelen en het repasseeren bestudeerd. Aan het hoofd van die scholen staan uitstekende onderwijzers, die aan de industrie zeer dikwijls groote diensten bewezen hebben door het uitvinden van een goedkoopere manier van bewerken, enz. Behalve de gewone cylinders en ankers maakt men ook eeuwigdurende almanakken, remontoirs, repetitiehorloges, chronometers voor de zeevaart, sterrekundige regulateurs, zak-chronometers, morgenwekkers, kerkklokken, werktuigen voor het horlogemaken, enz. Daarbij komen nog muziekdoozen, telegrafische toestellen en automaten, welke door de geheele wereld vermaard zijn. |
|