[Nummer 45]
Nicolaas I, vorst van Montenegro.
Op de grenzen van Albanië, Herzegowina en Bosnië ligt het vorstendom Montenegro, alzoo geheeten door de meer noordelijk wonende Europeanen, Czerna-Gora door de Slavische bevolking en Kara-Rag door de Turken. Volgens den Almanach de Gotha, waarin dit vorstendom drie vierde van een bladzij beslaat, is dit land 80,4 vierkante geographische mijlen groot. Van het noorden naar het zuiden zou men het in 17 uren, van het oosten naar het westen in 10 uren doorloopen. Niet groot dus!
NICOLAAS I, VORST VAN MONTENEGRO.
Montenegro telt ongeveer 120.000 inwoners, waarvan er 20.000 van 20 tot 50 jaar, bekwaam zijn de wapens te dragen. Een voortdurend leger heeft het vorstendom niet; alleen een honderdtal gardes van den prins zijn steeds in dienst. De prins heet men in de volkstaal perjanici. De heerschende godsdienst is de grieksche, dat is eene soort van katholicism.
Het vorstendom heeft een senaat van zestien leden, die zich met het bestuur van het landeke, in overeenstemming met den prins (perjaniei) of hospodar, bezig houden. De tegenwoordige prins, die slechts van zich deed spreken, nu de oostersche kwestie op het tapijt is en alsdan een werktuig is in de hand van Rusland, heet Nicolaas I Petrovic Njegos, hij is geboren den 25/13 september 1841, en werd den 14 augusti 1860, dat is een dag na den dood van prins Danilo I, tot vorst geproclameerd.
De negentienjarige hospodar stond niet hoog genoeg om naar de trappen van een naburigen troon op te zien, of daar soms niet een vorstinneke voor hem beschikbaar was; hij zag rondom zich en verliefde op de 13jarige Milena Petrona Vucoticova, dochter van beter Vucotic, senateur, voivode en opperhoofd van de lijfwacht van den prins. Nicolaas trouwde met Milena den 8 november 1860.
Drie prinsessen werden in 1866, 1868 en 1869 geboren en eindelijk den 13 juni 1871 kwam er een erfgenaam, prins Danilo-Alexander, ter wereld.
De Montenegrijnen zijn een oorlogzuchtig en heldhaftig volk; doch de grieksche godsdienst is er nooit in kunnen gelukken, de barbaarschheid in hunne zeden te doen verdwijnen, de inlanders zijn nog wat zij waren voor eeuwen, en het schijnt dat juist die karaktertrekken als noodwendig beschouwd worden aan diegenen, welke eene oppermachtige hand over dit volk uitstrekken en het, zoo als wij hooger zegden, tot een politiek werktuig bezigen
Gansch de geschiedenis van Montenegro is een slechts van tijd tot tijd onderbroken oorlog tegen Turkije. Bondgenooten van Rusland, deelden de Montenegrijnen in verschillende oorlogen die de noorderkolos te voeren had, onder ander in den aanvang dezer eeuw tegen Frankrijk. Het was in 1806, generaal Molitor, die destijds het bevel voerde in Dalmatië, deed dien heldhaftigen volksstam gevoelige verliezen ondervinden, en dreef hem, even als generaal de Launay, in hunne bergen terug.