ongelukkigen, op het oogenblik zelf dat het denkbeeld des Christendoms zegepraalde?
Ziehier, hoe die vraag kan beantwoord worden. De slavernij werd, natuurlijk niet eensklaps, afgeschaft; zij werd onder Constantijn's regeering allengskens verzacht. Voor deze werd de ontvluchtte slaaf, indien hij weêr gegrepen werd, met een gloeiend ijzer op het voorhoofd gebrand. De halsband verving echter het brandmerk. Wat vroeger gestraft werd als eene misdaad, werd nu slechts beschouwd als een overtreding,
Zonder de slavernij goed te keuren - verre van daar - bracht het Christendom, door het afschaffen van het brandmerk, eene aanzienlijke verzachting in het lot der slaven, en ondermijnde alzoo eene instelling, welke zij in den grond veroordeelde.
Vele opschriften van halsbanden melden datums, de namen der meesters - meestal voorname heeren uit de eeuw van Constantijn - en de wijken waar zij woonden, zoodat men hierdoor juiste opzoekingen kan doen over het Rome der 4e eeuw.
Eenige der banden werden ook gedragen door honden. Een dezer, met het monogram van Christus, heeft voor opschrift dat de hond toebehoort aan het opperhoofd der herders van de basiliek van St. Paulus, zoodat men er uit afleiden kan, dat reeds in die eeuw de Kerk eigendommen had, waar men kudden schapen op na hield.