De Belgische Illustratie. Jaargang 6

Dinant.

Ter gelegenheid van ons artikel, over Crèvecoeur, hebben wij ook Dinant, hare dinanderies en hare oorlogen met Bouvignes, besproken. Wij laten dus die punten in de geschiedenis ter zijde, en wijzen liever op al het natuurschoon dat de omtrek der stad aldaar oplevert.

Inderdaad, men kan geen schooner landstreek bedenken dan die welke zich rond Dinant en tusschen Namen en gemelde stad, aanbiedt en men msg die streek, met volle recht ‘klein Zwitserland’ noemen.

De reiziger ontmoet er bergen, rotsen, watervlakten, moeielijke wegen, watervallen, heerlijke bosschen, prachtige kasteelen, schilderachtige ruïnen, kortom, alles wat een dichter droomen kan.

De stad zelve bevat een aantal monumenten, onder ander een kathedraal, die uit de tweede helft der XIII^e eeuw dagteekent. Hare bouworde is oorspronkelijk ogivaal; zij moet eene kerk in romaanschen stijl vervangen hebben, dewijl men in de tweede, nog het spoor dezer eerste kerk vindt.

Het stadhuis is mede merkwaardig en diende, in vroeger tijd, tot verblijf of paleis der bisschoppen van Luik.

Bij den geletterde is Dinant beroemd om zijne grijze oudheid, die van de VI₀ eeuw dagteekent; om al de dramatische gebeurtenissen welke er plaats hadden, aanvangende tijdens de plundering en afbranding der stad door de Noormannen in 833 tot de inneming van Dinant door de Franschen in 1794; zij is voor ons nog beroemd door zijne oude dinanderies, kunstig gedreven koperwerken; door de geboorte van Henri den Dinant, den stichter der gemeente, te Luik, in 1253, en die van Antoine Wiertz, welken wij allen gekend hebben en wiens verheven schilderwerk, wij nog zoo dikwijls gaan bewonderen.

Voor het volk is Dinant slechts beroemd door zijne ‘couques’- voorwaar, het slechtste en on-etelijkste gebak, dat ooit op eene tafel verschenen is, en dat niettemin aldaar als eene wezenlijke lekkernij staat aangeschreven.

Aan allen die dezen zomer een uitstapje willen doen, en binnen de grenzen van ons land willen blijven, raden wij een bezoek in de provincie Namen en vooral te Dinant aan, om verder het dal der Lesse, met zijne rotsen, kasteelen, bosschen, met zijne prachtige grot van Han, te bezoeken.