De hal te Yperen.
Yperen met zijne prachtige hallen, is voorzeker een der merkwaardigste steden van België. Men reist naar den vreemde, om er de wonderen der bouwkunst te zien en men kent zelfs die niet, welke in de afgelegen steden van ons Vlaanderen te vinden zijn!
De stad, welke wij hooger noemen, is een dezer laatsten. Bij het zien der uitgestrekte en prachtige hallen, waarvan wij hier eene afbeelding meêdeelen, kan men zich een denkbeeld vormen, wat al bloei en welvaart die stad in de middeleeuwen genoot; tot welken trap van uitbreiding de lakenweverijen aldaar geklommen waren
Het gebouw is 133 meters lang; de voornaamste voorgevel bestaat uit een gelijksgrond, welke vroeger eene opene gaanderij was, en twee rijen spitsbogige vensters. Te midden van dit flink en schoon gebouw, rijst de toren op met klok en beiaard.
De eerste steen van deze hallen werd den 1. Maart 1201, door graaf Boudewijn, later keizer van het Oosten, door Maria van Champagne, zijne vrouw en door den burggraaf van Yperen, gelegd. De linkervleugel, de eigenlijke oude halle, werd in 1230 voltooid; de rechtervleugel of nieuwe halle, werd gebouwd van 1285 tot 1304, en het overige in 1342.
Op de voornaamste verdieping vond men weleer de weefgetouwen; beneden hielden zich de wolkaarders, spinners, scheerders, verwers en wat dies meer, op. Andere zalen dienden tot het opstapelen der verschillende wolsoorten, en een aantal kamers tot het houden van vergaderingen voor de verschillende overheden der lakengilde. Thans is dit alles voor andere doeleinden benuttigd en een der zalen met prachtige muurschilderijen van Swerts en Guffens bemaald.
In 1513 werden de nissen met de beelden der vorsten van Vlaanderen versierd. Die reeks ving aan met Margaretha van Male en Philips de Stoute, om te eindigen met Philips de Schoone en Johanna van Arragon. Toen echter de Sansculotten, den 13. December 1792, ons land kwamen verlossen en gelukkig maken, werden die kunstvoorwerpen vernield en zij verdwenen, zooals met zooveel andere rijkdommen het geval is geweest.
De hallen zijn overigens de eenige kunstrijkdommen niet, welke Yperen bevat; wij hopen wel tijdens een onzer zomerreisjes die merkwaardige plaats te bezoeken, en ze den lezer der Illustratie nader te leeren kennen.