De Belgische Illustratie. Jaargang 5

Waarheen?

Waarheen, waarheen, aanvallig kind,

Waarheen richt gij uw tred?

Alleen op 't kinderspeelgoed nog

Hebt gij uw zin gezet.

En gij, van 't spelen zat, o knaap!

Waarheen toch zult gij gaan?

Zult gij het effen pad betreên,

Of wel de oneffen baan?

Gij man, den jonglingstijd ontgroeid,

Waarheen wel leidt uw doel?

Is 't streven naar volmaakter deugd,

Of 's werelds feestgewoel?

Gij, grijsaard, waar, waar wilt gij heen?

Nog leven voor deze aard?

Hebt gij voor haar of 't hemelrijk

U schatten saâmgegaard?

Waarheen, o menschheid! streeft gij toch?

Waarheen leidt 's levens lot?

Naar aardsch geluk, naar aardsche vreugd,

Of naar het zijn met God?

Houdt steeds 't waarheen, 't waarom in 't oog,

Waartoe ge op aarde zijt;

Uw einde, o mensch, is heil of ramp

In eindlooze eeuwigheid!

L.d.v.d.S.