Allerlei.
Het verledene en het tegenwoordige.
Het verleden, in 't bijgaande beeld, is de grijsaard, gekleed naar de mode van vroegere dagen, steunende op zijn stok en met langzamen tred voortschrijdende op den door kiezelsteenen hobbeligen weg.
Het tegenwoordige is de jonkman, schrijdeling op het wieler-paard of zoogenaamde velocipède gezeten en met inspanning voortrennend, om het doel van zijn rijtochtje te bereiken.
Welk scherp contrast vormen die twee personen, waarvan de oude met zoo'n waarschuwenden blik de dolle vaart van den jongeren gadeslaat.
De grijsaard, wien de jaren voorzichtigheid hebben geleerd, kan moeielijk gelooven, dat de jeugdige rijder op zijn nieuwmodisch paard lang het evenwicht zal weten te houden - en inderdaad de oude man zou wel eens gelijk kunnen hebben.
Zeker, de jongeling lacht om de bezorgdheid des grijsaards. Maar zal hij eveneens lachen, wanneer hij wellicht bij 't omdraaien van het voetpad tegen een steen struikelt en het onderste boven met zijn wielen in de nabij gelegen gracht terecht komt?
Dat is een andere vraag, waaraan onze eeuw, die zoo bijzonder op beweging gesteld is, dikwijls maar al te weinigdenkt.
Alles gaat thans met stoom, alles wil per velocipède vooruit. ‘Vooruit!’ is de zinspreuk der tegenwoordige wereld. In den ouden tijd dacht men er anders over en huldigde men de zinspreuk: ‘die langzaam gaat, gaat zeker.’
De toekomst is de scheidsvrouw van het verledene en tegenwoordige, aan haar zij de beslissing overgelaten, welke der twee zinspreuken de veiligste en beste moet heeten.
HET VERLEDENE EN HET TEGENWOORDIGE.