De Belgische Illustratie. Jaargang 2(1869-1870)– [tijdschrift] Belgische Illustratie, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 328] [p. 328] Lucifer. REI VAN ENGELEN, MICHAEL. REI. Gezegend zij de Held, Die 't goddeloos geweld, En zijn macht, en zijn kracht, en zijn standert Ter neder heeft geveld! Die God stak naar Zijn kroon, Is, uit den hoogen troon, Met zijn macht, in den nacht neêrgezonken; Hoe blinkt Gods naam zoo schoon! Al brandt het oproer fel, De dappere Michaël Weet den brand, met zijn hand, uit te blusschen. Te straffen dien rebel! Hij handhaaft Gods banier; Bekranst hem met laurier! Dit paleis groeit in peis en in vrede; Geen tweedracht hoort men hier. Nu zingt de Godheid lof, In 't onverwinbaar Hof! Prijs en eer zij den Heer aller Heeren! Hij geeft ons zingens stof. MICHAËL. Geloofd zij God! de Staat hier boven is veranderd. D' aartsvijand leit er toe. Hij laat ons zijnen standert, En morgenstar, en helm, en vanen, en rondas, Dien afgejaagden roof, aan 's Hemels heldere as, Met juichen, en triomf, en eere, en lofgezangen, Bazuinen, en trompet, ten klaren spiegel hangen Van wederspannigheid en staatzucht, die den kam Verheffen tegens God, den onverzetbren stam En oorsprong, en de bron en vader aller dingen, Die wezen en natuur en eigenschap ontvingen. Men zal niet meer den glans der Oppermajesteit Bezwalkt zien door den damp van snoode ondankbaarheid. Zij zwerven in de lucht, en tuimelen, en woelen, Heel diep beneden ons gezicht en deze stoelen, Beneveld en verblind, en eiselijk misvormd. Zoo moet het gaan, die God en zijnen stoel bestormt! Vorige Volgende