en boogjes maken er het voornaamste sieraad van uit. De steenen zijn van verschillende kleur, wat meer een vreemd dan wel een aangenaam gezicht oplevert en de architectonische zuiverheid hier en daar belet uit te komen. De bronzen deuren zijn prachtig gebeiteld maar moeten onderdoen voor die van de doopkapel te Florence.
In 1118 was de kerk voltooid, eerst in 1174 begon men den klokkentoren te bouwen. Deze is meest bekend onder den naam van scheeven toren en heeft sinds honderden jaren vele geleerden, die nasporingen deden omtrent zijn oorsprong, wanhopig gemaakt. De helling van de kruin tot den voet bedraagt 4 ellen. De soliditeit laat niets te wenschen over; het luiden der klokken, waarvan de grootste 6000 kilo's weegt, hindert hem niet in het minst; hij heeft reeds vele eeuwen, getrotseerd, en niets voorspelt een naderenden val, te minder omdat de ligging van zijn zwaartepunt niet in tegenspraak is met de wetten van het evenwicht.
Sommigen gelooven dat de buitengewone helling van den toren van Pisa door een aardbeving ontstaan is; anderen schrijven haar toe aan den lossen grond, waarop hij gebouwd is, terwijl er ook zijn, die gelooven dat de toren een der kunstfantaisiën is, zooals men ze meer in de middeleeuwen aantrof. In dit geval zou het ongetwijfeld een ware tour de force en de oplossing zijn van een zonderling bouwkunstig vraagstuk. Hoe kan men veronderstellen dat een bouwmeester vermetel genoeg geweest zij om op een zwakken grond een marmeren toren met 4 el helling tot eene hoogte van ongeveer 65 ellen te bouwen? Hoe het ook zijn moge, tot heden blijft de hellende toren van Pisa een raadsel.
De inwijding der kerk had onder merkwaardige omstandigheden plaats. Na den dood van Paus Pascalis II werd Joannes van Gaëta, kanselier van de Roomsche Kerk, op den opperpriesterlijken troon verheven, evenwel niet zonder verzet van eene vijandelijke partij. De nieuwe Paus, die den naam van Gelazius II aannam, was een zeer godvruchtig man, even beroemd om zijne kennis van de menschelijke als van de goddelijke wetenschappen. Zijn moedig karakter deed hem alle gevaren trotseeren, die men hem en de Kerk bereidde, en toen sluipmoordenaars het op zijn leven toelegden, nam hij de vlucht naar Frankrijk. Op zijn reis daarheen landde hij te Pisa, waar hij met zegekreten en toejuichingen werd binnengehaald. Op verzoek der bevolking consacreerde hij hare pas voltooide prachtige kathedraal.
Zestien jaren later werd er een Concilie in gehouden onder het voorzitterschap van Paus Innocentius II. Het was eene talrijke vergadering, en men bemerkte er den H. Bernardus, abt van Clairveaux, een welsprekend redenaar, die even spoedig groote ondernemingen uitvoerde als bedacht. Veelvuldige beraadslagen hadden belangrijke uitkomsten ten gevolge. De tegenpaus Anacletus werd met zijn aanhang in den ban gedaan, zoomede de ketter Henri, die in verschillende streken van Frankrijk zijne dwaalleer verspreid had. Alexander, die den bisschoppelijken zetel van Luik had overweldigd, zag zich verplicht terug te treden, en de H. Hugo, bisschop van Grenoble, werd plechtig gecanoniseerd. Genoemde Henri veinsde onderwerping en stelde zich onder het toezicht van den H. Bernardus, maar was nauwlijks in Frankrijk teruggekeerd, of hij begon zijne dwalingen op nieuw te leeraren.
Ook het zoo beroemde Concilie van 1409, dat ten doel had de Oostersche scheuring te doen eindigen, werd in de kathedraal van Pisa gehouden.
Er vereenigden zich 23 kardinalen, 4 patriarchen, 12 aartsbisschoppen, 80 bisschoppen, 116 procureurs van afwezige bisschoppen, 87 abten, een menigte andere prelaten, de gedeputeerden der kapittels en universiteiten, 300 doctors in de godgeleerdheid en het kanonieke recht, de gezanten van de koningen van Frankrijk, Engeland Portugal, Boheme, Sicilië, Polen en van bijna al de duitsche vorsten.
De scheuring werd wel niet uitgeroeid, maar zij ontving den doodsteek. Sinds dien tijd leidde de grieksche kerk een kwijnend leven of liever verkeerde in een aanhoudenden doodstrijd. Moge het den hemel behagen dat de pogingen van den tegenwoordigen Paus, Pius IX, die bij apostolisch schrijven de grieksche bisschoppen gesmeekt en bezworen heeft op het thans vergaderde Algemeen Concilie te verschijnen, opdat de vereeniging van de Oostersche met de Westersche Kerk mocht tot stand komen, het begin moge zijn van eene gunstige verandering ten goede.