luchtballon naar goedvinden te kunnen besturen, is nog altijd onvervuld gebleven. Evenwel zijn de studiën over die eigenschap van den luchtballon niet geheel zonder gevolg gebleven; zij hebben doen zien dat het luchtgevaarte in een ander opzicht nuttig kan zijn, dat het kan dienen tot middel van vervoer. En in zooverre is de uitvinding van den luchtbal niet zonder praktisch nut gebleven.
De luchtballon een middel van vervoer? hooren wij den lezer vragen.
Een duitsch architekt, Friedrich Albregt geheeten, beantwoordt deze vraag toestemmend in zijn werk over de toepassing van luchtballons als locomotieven, bij het bestijgen van hooge bergen en de wijze, waarop hij zijn gezegde verdedigt, is geschikt om voor zijn systeem een groot getal aanhangers te vinden. Het zal onzen lezers waarschijnlijk aangenaam zijn, iets van dat zonderlinge vervoermiddel te vernemen, voornamelijk omdat wij door nevenstaande gravure en die van bladzijde 128 hen in de gelegenheid kunnen stellen zich er een juist denkbeeld van te vormen.
Als vervoermiddel zou de luchtballon in ons land geen dienst kunnen doen, alleen in bergachtige streken kan hij personen en zaken vervoeren. Zijn vervoeren is eigenlijk opvoeren, maar deze dienst is niet te misachten, wanneer men in aanmerking neemt dat sommige bergen, die duizenden voeten hoog zijn, om het heerlijk vergezicht, dat zij op hunne toppen aanbieden, jaarlijks door een aantal reizigers bezocht worden. Nemen wij b.v. den Rigi, een top der zwitsersche Alpen; hij is 5500 voeten hoog en verschaft ieder jaar aan meer dan 30000 reizigers een onvergetelijk pleizier. Velen der reizigers zijn zwak en ziekelijk en komen op den Rigi hunne gezondheid zoeken; anderen zien bevreesd op tegen een klein tochtje van 3 uren, en nog zijn er, die door duizend verschillende omstandigheden belet worden te voet den top van den berg te bereiken. Al deze lieden moeten te paard of in een draagstoel den Rigi bestijgen. Maar behalve dezen zijn er nog een aantal anderen, die den berg, en wel herhaalde malen, op- en af moeten klimmen. Het zijn de bewoners der hôtels, die zich op den top van den berg bevinden en van de lieden, die aan hunnen dienst verbonden zijn. Ook moet alles wat door de bewoners en de 30000 bezoekers geëeten en gedronken, in één woord, gebruikt wordt, den Rigi opgedragen worden. Dit is, zooals wij reeds hoorden, het werk van paarden en arbeiders, welke laatsten een waar slavenwerk verrichten.
De luchtballon kan hunne plaats gemakkelijk innemen. Een oogslag op onze gravure zal iedereen daarvan overtuigen. Stel dat men op eikenhouten draagbalken twee ijzeren staven laat rusten; laten de staven uitgehold zijn, zoodat tusschen beiden een ijzeren dwarsstaaf zich gemakkelijk kan bewegen, die indien zij langer is dan de afstand tusschen de beiden staven nooit uit de voren zal kunnen vallen. Maak aan de dwarsstaaf den luchtballon en het vervoerschuitje voor personen en vrachtgoederen vast, dat hij moet overbrengen en de luchtballon zal langs de staven tegen den berg oploopen en het schuitje naar boven trekken. Op den top gekomen behoeven de staven maar over eene kleine lengte horizontaal te zijn, en de ballon staat onbewegelijk stil. Dit laatste zal duidelijk maken, waarom de luchtballon als middel van vervoer in vlaklanden niet van dienst kan zijn.
Genomen proeven hebben doen zien dat 20 personen met 1000 pond vrachtgoederen in een half uur tijds per luchtballon van den voet naar den top van den Rigi gevoerd kunnen worden. De helling van den Rigi is niet overal dezelfde, hare kleinste is van 15°, hare grootste van 45°. Deze helling behoeft over de gansche baan niet gelijkmatig te zijn, slechts is het ter voorkoming van onaangename schokken noodzakelijk, dat de verandering niet met hoeken maar met bogen plaats hebbe. Ook moet de baan niet altijd dezelfde richting houden.
Werpt het terrein bij het aanleggen van den spoorweg dikwijls groote moeilijkheden op, bij de luchtbaan zijn deze van geringe beteekenis, daar zij niet onmiddellijk op den bodem rust. Wanneer de staven genoegzaam sterk zijn, heeft men bij een betrekkelijk wijden afgrond geen andere steunpunten noodig dan aan de randen, omdat de grootste drukking altijd naar boven is.
Aan de beide einden van de baan worden laboratoriums vereischt, ter vervaardiging van het noodige waterstofgaz en een gazometer om den ballon altijd gevuld te houden. Wanneer de ballon moet neêrdalen, dan geeft men hem eenvoudig eene ballast, die de drukking van het gas overtreft en hij glijdt langs de staven de baan af. Het meest gebruikt men hiervoor, zoo men geen personen of voorwerpen naar beneden te voeren heeft, eenvoudig water, daar dit in zwaarte het waterstofgas natuurlijk verre overtreft. Op welke wijze het schuitje door den ballon tusschen de stellages doorgevoerd wordt, kan men uit de afbeelding op bladzijde 128 dezer aflevering opmaken.
De wind heeft op deze luchtvaart weinig of geen invloed; wanneer de stof, waaruit de ballon is vervaardigd, voldoende sterk is, kan de wind geen gevaren veroorzaken. Bijaldien de ballon den wind te gemoet gaat, kan dit zijnen loop vertragen, doch hierop kan gerekend worden bij het aanbrengen van de hoeveelheid der ballast. Alleen orkanen zouden ongelukken kunnen doen ontstaan, doch behalve dat deze in het schoone jaargetijde, wanneer de luchtvaart natuurlijk alleen kan plaats hebben, zelden voorkomen, gaat niemand, terwijl een orkaan woedt, een uitstapje naar den top van den Rigi doen.
Nu blijft nog de vraag over: zou eene luchtvaart even als een spoorweg genoegzame winsten opleveren om ondernemende personen of maatschappijen tot de oprichting ervan te kunnen doen besluiten. Eene kleine becijfering zal deze vraag beantwoorden. Men mag gerust aannemen dat van de 30000 reizigers er stellig 20000 per luchtballon zullen reizen, hetzij om het aangename en het vreemde, hetzij om het spoedige van den tocht. Voor een paard moet men 10 fr. betalen; stel nu dat men om met den ballon te reizen 5 fr. betalen moet, dat is voor 20000 reizigers 100,000 fr. Daar dit waarschijnlijk voor den aanleg niet vereischt zal worden, zou deze onderneming dus meer percenten opleveren, wat waarlijk niet van alle ondernemingen kan gezegd worden.