spreken thans over Catharina II en den stichter van genoemd park, haar minister Potemkin.
Deze vorstin, de bewerkster van den ondergang der Polen en de vernedering der Turken bevorderaarster van Voltaire's en Diderots ongeloof, was de dochter van een Pruisisch goeverneur. In 1729 geboren, werd zij in hare jeugd door hare moeder naar Moskou gevoerd, waar zij den griekschen godsdienst aannam en in 1745 met prins Peter, neef van de keizerin, in het huwelijk trad. Doch van den aanvang af onstond er groote twist en afgekeerdheid tusschen beide echtgenooten, Catharina onderhield ongeoorloofde betrekking met een poolschen edelman, Poniatowsky, en door dezen allerlei schandelijke intrigues met verscheidene europeesche hoven. Toen na den dood van keizerin Elisabeth Peter III op den troon kwam, verwijderde zij zich van het hof en smeedde in hare afzondering te Peterhoff eene samenzwering tegen den keizer, waarvan het gevolg was dat Peter gevangen genomen, in de gevangenis geworgd en Catharina tot keizerin van Rusland werd uitgeroepen.
Dat was de vrouw, wier zedelijkheid Voltaire in zijne verzen bezong!
Maar daarvoor vleide en overlaadde zij hem met geschenken, daarvoor riep zij hem verscheidene malen naar St. Petersburg en stelde zij d'Alembert voor, zijne encyclopedie in hare hoofdstad te komen voltooien en zich met de opvoeding van haren zoon te belasten; daarvoor verkeerde zij in hare brieven met Diderot op de gemeenzaamste wijze,
Het kan ons doel niet zijn bij de beperktheid onzer ruimte eene beschrijving van hare regeering en hare misdaden te geven; wij zullen ons dus slechts eenige oogenblikken bezig houden met hare handelingen ten opzichte van Polen en Turkije.
Haar eerste werk was zich het gerust bezit van den troon te verzekeren, daarom werd op den 16 Juli 1764 prins Ivan, de wettige erfgenaam van Peter III in de gevangenis ter dood gebracht. Hiertoe werd zij geleid door geheime samenzweringen der Russen, die in Polen steun vonden, en hare verdrijving van den troon ten doel hadden. Om de Polen te bedwingen maakte zij van den dood van hun Koning Augustus III behendig gebruik; zij noodzaakte hen Poniatowsky haar gunsteling tot koning uit te roepen en bij die gelegenheid haar eenige provinciën af te staan, die onmiddellijk met russische troepen werden bezet. Toen zij omtrent dit land vooreerst van alle zorg bevrijd was, wendde zij hare legers naar het Noorden, waar zij het hertogdom Koerland dwong zijn hertog Karel van Saxen te verdrijven en den gehaten Biren terug te roepen. Inmiddels wisten hare gezanten aan de verschillende hoven de aandacht van haar af te leiden, zoodat zij vrij spel kreeg en eindelijk het plan deed doorschemeren, om Zweden en zoo mogelijk ook Noorwegen en Denemarken aan haar gebied te hechten. Engeland liet zich zelfs tot een verbond verleiden, doch Frankrijk werd bevreesd en ondersteunde de pogingen der Polen om Poniatowsky te verdrijven. Daar dit niet gelukte, zette men de Turken tegen Catharina op; hieruit ontstond een verwoede oorlog, waarvan men de vernedering der keizerin verwachtte doch die niets anders dan hare machtsuitbreiding ten gevolge had.
De Turken, tot nog toe altijd zegevierend, werden herhaalde malen verslagen, en de overwinnende schepen van Catharina drongen door de Zwarte Zee in de Middellandsche en verschenen aan de kusten van Griekenland, om daar de oude republiek weder te doen herleven als een schutsmuur tegen de Turken.
In den oorlog maakte zich vorst Potemkin een grooten naam. De man, om zijne overwinningen de Tauriër bijgenaamd, was in 1739 in de provincie Smolensk geboren, en trad op jeugdigen leeftijd in dienst bij een garde-regiment. Een toeval verschafte hem de opmerkzaamheid der Keizerin. Toen deze kort na hare troonsbeklimming in 1762 revue over de garde hield in uniform en den degen, maar zonder schede, bood haar Potemkin, toen nog vaandrig, de zijne aan; de Keizerin nam dit aanbod welgevallig aan en aldus werd hij haar eerste gunsteling, die immer den grootsten invloed uitgeoefend heeft op alle politieke en huiselijke aangelegenheden van Rusland onder hare regeering. Van natuurswege was hij met geene buitengewone talenten begaafd, maar hij was slim, vleiend, in alle hofkunsten ervaren en niet onbekwaam tot ontwerping en uitvoering van groote plannen. Bekend is de misleiding die hij de keizerin deed ondergaan bij haar bezoek in den Krim. De weg was vooraf bepaald en Potemkin zorgde dat daarlangs zich theatrale dorpen en steden bevonden, die hem in het oog der keizerin al meer deden hoogschatten als een uitmuntend landvoogd. Joseph II van Oostenrijk en Frederik II van Pruisen dongen naar zijne gunst ter wille van het bondgenootschap van Rusland. Ter voldoening van zijne eerzucht werd Rusland in een oorlog met Turkije gewikkeld, waarvan hij het opperbevel voerde echter meer in naam dan in de daad, daar meer geoefende onderbevelhebbers de operatiën leidden.
Met eene voor de Turken vreeselijke snelheid trok hij de Krim door en verwoestte die, de gewichtige sterkte Otschakow werd door hem in den winter van 1788 genomen, waarna hij de noordelijke provinciën van Turkije introk en daar zulke overwinningen bevocht, dat de Turk tot het uiterste gebracht werd.
Daarvoor beloonde hem de keizerin met de schitterendste waardigheden; hij werd gouverneur-generaal van Taurië, kamerheer der keizerin, inspecteur-generaal en veldmaarschalk over al de russische legers en daarbij admiraal over de vloten in de zee van Azof, de Caspische en Zwarte Zeeën. Maar hij had er weinig genot van; hij stierf reeds op den 16 October 1791 in den ouderdom van 55 jaren te midden zijner onderhandelingen met de Turken. Tot herstel zijner gezondheid had hij zich naar Jassy begeven, doch daar zijne geneesheeren hem die streek ontzegden, begaf hij zich naar Nikolajew aan den Bog. Nauwlijks echter had hij 35 wersten van den weg afgelegd, of hij kreeg hevige kramppijnen in den buik, die hem noodzaakten den reiswagen te verlaten en zich plat ter aarde uit te strekken. Maar hij stond niet meer op; reeds eenige oogenblikken later had hij opgehouden te leven.
Verschillend is het oordeel der geschiedschrijvers over dezen verschrikkelijken dood van Potemkin in de eenzame woestijn. Sommige beweren dat hij een natuurlijke dood is gestorven ot dat ten minste Catharina geen deel aan zijn sterven heeft gehad, omdat zij zelfs voornemens was hem tot souvereinen vorst over het van Polen afgescheurde grondgebied te maken. Anderen daarentegen houden vol dat Catharina hem door een hevig vergif heeft doen sterven, wijl hij, naar zij meende, haar naar het leven stond en zich zelven op den russischen troon wilde verheffen. Wij willen ons aan geen uitspraak wagen, al gelooven wij dat de plotselinge en zonderlinge dood van Potemkin en de weinige vrees, die Catharina voor een moord koesterde, een treurig vermoeden op haar laadt. In ieder geval geeft deze gebeurtenis de gewichtige les, dat zelfs de hoogste aardsche glorie van weinig beteekenis is, daar zij ieder oogenblik door den dood verrast kan worden.
Potemkin heeft de Krim bij Rusland ingelijfd en, was de stichter of vernieuwer van eenige steden als Chersow, Kertsch, Nikolajew, Sebastopol enz., de stichter van Ruslands marine op de Zwarte Zee en de bevorderaar van het russisch fabriekwezen.
Wij hebben boven reeds verhaald dat Catharina Poniatowsky op den poolschen troon plaatste. Men begrijpt dat deze onder zulk eene heerschzuchtige meesteres niets meer was dan de uitvoerder van hare bevelen en de handlanger harer plannen, die geen ander doel hadden dan de vernietiging van Polen. Doch hierin kon zij niet eigenmachtig te werk gaan; ook Pruisen en Oostenrijk vlamden op een deel van het ongelukkige land, dat zoo lang voor Europa een voormuur was geweest tegen de russische barbaarschheid. De gewetenlooze koning van Pruisen vond er geen het minste bezwaar in naar een gedeelte van Polen te trachten, en Maria Theresia was vooral op het laatst haars levens niet vrij in hare handelingen, daar zij omringd was van vrijmetselaars, die ook haren zoon Josef II geheel in hunne macht hadden. Hadden Pruisen en Oostenrijk zich tegen de heerschzucht van Catharina verzet wellicht bestond Polen nog, en daarmede een dam tegen de russische overweldiging in het hart van Europa.
De eerste verdeeling van Polen had plaats in 1772; Catharina wist het grootste deel machtig te worden, en vormde er de provinciën Polotsk en Mohilew van; daarbij behield zij den uitsluitenden invloed op Polen en het recht om dien op de te maken constitutie te doen gelden. De Polen geraakten in den uitersten toorn bij deze schandelijke verdeeling van hun land, waarbij alleen naar de heerschzucht van buitenlandsche vorsten niet naar hunne rechten gehandeld werd. Herhaalde malen streden zij moedig tegen de russische legers, doch hunne mindere sterkte en hunne onderlinge verdeeldheid deden hen onophoudelijk het onderspit delven. In dien jammerlijken toestand kon Poniatowsky zich slechts met moeite en alleen door russische bajonnetten gesteund staande houden, doch toen eindelijk tot den geheelen ondergang van Polen besloten was, moest ook hij vallen en hij vertrok in 1792 met een jaargeld naar St. Petersburg. Nu had er eene nieuwe verdeeling van het overgebleven Polen plaats, en in het volgende jaar verdwenen de Polen geheel uit de rij der volken en bleef zelfs hun naam alleen in de geschiedenis voortleven.
Hiermede nog niet tevreden richtte Catharina hare wapenen naar Zweden en ontrukte het vier provinciën, waaronder Koerland en Samogitië de voornaamste waren. Indien de dood haar niet verrast hadde, zou zij wellicht een oorlog met Engeland geopend hebben; althans onderscheidene schrijvers beweren dat zij het plan had gevormd de engelsche bezittingen in Bengalen aan te vallen en daardoor den eersten stap te doen tot de herstelling van het rijk van den grooten Mongool. Zij stierf plotseling in den nacht van den 7 November 1796 in den ouderdom van 67 jaren, hare nagedachtenis ten afschuw aan de wereld nalatende.