Het algemeen concilie.
I
Even als een Vorst nu en dan om gewichtige beweegredenen de aanzienlijken des lands bijeenroept om met hen te beraadslagen over de middelen die moeten worden aangewend om de algemeene welvaart, rust en orde te verzekeren, den vooruitgang te bevorderen, moeilijkheden te vereffenen en zwarigheden op te lossen - zoo roept het Opperhoofd der Kerk op sommige tijden de bisschoppen der wereld op ter bespreking van de middelen om de zoo even genoemde doeleinden, maar onder een geestelijk opzicht te bereiken. Zoodanige verzameling van bisschoppen, onder het voorzitterschap des Pausen of van zijn legaat vergaderd, heet eene kerkvergadering of concilie, dat algemeen wordt geheeten, wanneer de Paus al de bisschoppen der wereld oproept. Men spreekt ook van provinciale en diocesaan conciliën; de eerste worden gehouden door de bisschoppen eener kerkelijke provincie met den aartsbisschop of primaat daarvan aan het hoofd, de laatste door een bisschop met de geestelijkheid van zijn diocees.
Gedurende den loop der eeuwen hebben er 18 algemeene conciliën plaatsgehad, waarvan wij de opgave laten volgen.
1. Het beroemde concilie van Nicea in het jaar 325, onder het Pausschap van den H. Sylvester, Het had ten doel de ketterij van Arius, die de Godheid van Christus loochende, te veroordeelen, de scheuring van Meletius in Egypte te doen ophouden en den tijd van het Paaschfeest vast te stellen.
2. Het eerste concilie van Constantinopel in het jaar 381 onder de regeering van den H. Paus Damasus; het veroordeelde de dwaalleer van Macedenius, die de Godheid van den H. Geest ontkende.
3. Het concilie van Ephese in het jaar 431. Het voorzitterschap werd bekleed door den H. Cyrillus, patriarch van Alexandrië, in naam van den H. Paus Celestinus; op dit concilie werd de ketterij van Nestorius, die in Jesus twee personen erkende en het goddelijk moederschap van de II. Maagd loochende, veroordeeld.
4. Het concilie van Chalcedon in het jaar 451 onder het Pontificaat van den H. Leo I. Het bestreed de ketterij van Eutyches, die even als Dioscorus van Alexandrië de twee naturen in Christus niet wilde aannemen.
5. Het 2e concilie van Constantinopel in het jaar 553 onder het Pausschap van Vigilius. De zoo eveu genoemde dwalingen werden hier verworpen, benevens die van Origenes en de schriften, bekend onder den naam van de drie kapittels.
6. Het 3e concilie van Constantinopel in het jaar 681 ten tijde van Paus Agapetus; het veroordeelde de ketterij der Monotheleten.
7. Het 2e concilie van Nicea onder Paus Adrianus in het jaar 787. Zijn doel was de leer van het gebruik der beelden te verdedigen tegen de ketterij der Iconoclasten.
8. Het 4e coucilie van Constantinopel in het jaar 869 onder Paus Adrianus II; het hield zich hoofdzakelijk bezig met de scheuring van Photius.
Al deze conciliën werden in het oosten gehouden; nu volgen de westersche conciliën.
9. Het 1e concilie van Lateranen onder Paus Calixtus II in het jaar 1122. Dit werd voornamelijk gehouden om het goed recht der Kerk tegen den Staat te verdedigen en het geschil over de investituur te beslechten.
10. Het 2e concilie van Lateranen onder Paus Innocentius II. In dit concilie werd de tegenpaus Petrus van Leone afgezet en werden eenige dwalingen veroordeeld.
11. Het 3e concilie van Lateranen onder Paus Alexander III in het jaar 1179. Dit hield zich bezig met de vaststelling der Pauskeuze, de verbetering der tucht en de veroordeeling van de dwalingen der Albigensen.
12. Het 4e concilie van Lateranen onder Paus Innocentius III in het jaar 1215. Op dit concilie werden hoofdzakelijk eenige dwalingen veroordeeld.
13. Het 1e concilie van Lyon onder Paus Innocentius IV in het jaar 1245, tegen Keizer Frederik II. die in den kerkelijken ban werd gedaan.
14. Het 2e concilie van Lyon onder Paus Gregorius X in het jaar 1274; dit poogde de vereeniging der grieksche en latijnsche kerken te bewerken.
15. Het concilie van Vienne (Frankrijk) onder Paus Clemens V in het jaar 1311. Op dit concilie werden de Tempeliers veroordeeld en hunne orde opgeheven.
16. Het concilie van Florence onder Paus Fugenius IV in het jaar 1438. Ook hier werd gewerkt op de vernietiging van het grieksche schisma
17. Het 5e concilie van Lateranen onder de Pausen Julius II en Leo X. van 1512-1517. Dit veroordeelde het schisma van Pisa en hield zich bezig met de herstelling der tucht.
18. Het concilie van Trente onder de Pausen Paulus III, Julius III en Pius IV van 1545-1563. Dit veroordeelde het Protestantisme en poogde de hervorming der zeden te bewerken.
(Wordt vervolgd.)