De Munt te Brussel.
Ziet gij rechts van u, als ge de Muntplein van het levenslustige Brussel optreedt, dat gebouw welks vensters met zware ijzeren traliën zijn voorzien? Ge denkt misschien aan eene gevangenis? Mis gedacht. Dat gebouw is de Munt, waar dat lieve rond geld geslagen wordt, hetwelk zooveel kwaad en ook zooveel goed in de wereld sticht.
Als gij de ijzeren staven der vensters nadert en het oor leent naar het sterk gevariëerd gedruisch achter de muren, zult ge van tijd tot tijd iets hooren dat veel heeft van eene waterval, 't Is inderdaad, als wij dit mogen zeggen, een waterval van goud of zilver, en de hebzuchtige of doorgetobde beursman die daar tegen den muur aanleunt, moet eene trilling door zijne ledematen voelen gaan en voor 't minst denken: mocht ik maar eens mijn hoed een oogenblik onder dien stroom houden!
Was het hem gegeven te mogen binnen treden, hij zou nog andere wenschen kunnen doen; want de muren zweeten er als het ware gouden zilverstof; het ligt er in het stof van den vloer, het zit er tusschen de sintels en de assche des smeltovens, het ligt op den bodem der kuipen, in het water - en ‘mij dacht, zegt een bezoeker, dat de deuren toen zij geopend of gesloten werden, van gebronsd zilver waren,’ zoo betooverend was het geluid dat zij lieten hooren.
Die bedwelming vat ons echter niet aan en wij gaan, in een kort artikel en zonder moeilijke technische bewoordingen, onze lezers de werking der geldmunting leeren kennen. De eerste bewerking dan is het smelten van het metaal in kroezen van geslagen ijzer, in welke laatsten de vermenging plaats heeft volgens de gehalte door de wet vereischt.
Het metaal wordt nu in staven van een paar vingers dikte en ter lengte van zestig centimeters gegoten, welke onmiddellijk naar een ander deel van het gebouw worden gebracht, daar worden gerand, geschaafd, gelamineerd, gewogen, enz. enz. om eindelijk aan den kommissaris van het gouvernement te worden overgeleverd, dat is aan den hoofd-administrateur der Munt.
De staven muntplaten, flans geheeten, alvorens tot bij dien ambtenaar te komen, worden met eene ongehoorde stiptheid onderzocht. Zijn deze te licht, dan worden ze andermaal in de smeltkroes geworpen; te zwaar, dan ondergaan zij eene schaving.
Het slaan van geld geschiedt met stoomwerktuigen. Hunne werking is eenvoudig en toch bewonderenswaardig: eens de zoogezegde flan tusschen hunne ijzeren klauwen, laten zij de muntstukken, gereed voor de uitgave, als door betoovering neer rollen, 't Is of zij geen hard metaal, maar wel eene weeke stof, klei of boter, bewerken. Zijn er stukken die niet behoorlijk geprent zijn, dan keeren zij naar den smeltkroes terug.