Het vuur der Fenians.
Er is in den laatsten tijd veel gesproken over eene scheikundige kompositie, die de Fenians bij hunne eerlooze aanslagen gebruiken om de publieke gebouwen in brand te steken. Men hoort aan die kompositie wel eens den naam van nieuw grieksch vuur geven. Het is echter zeker dat, indien alles waar is wat de geschiedenis ons van het grieksch vuur verhaalt, het eene andere samenstelling moet gehad hebben dan het vuur der Fenians, daar dit laatste niet zonder de aanraking der dampkringslucht kan branden, gelijk ons van het grieksche vuur vermeld wordt. Het vuur der Femans bestaat uit eene oplossing van fosfoor in zwavelkoolstof. Deze laatste is eene licht ontvlambare kleurlooze en doorschijnende vloeistof, welke, al brandende, zwavelzure dampen doet ontstaan. Zij vervliegt zeer spoedig zelfs bij de gewone temperatuur, en wanneer haar damp, die zeer vergiftig is, met lucht vermengd, de vlam eener kaars ontmoet, ontbrandt hij met eene lichte ontploffing. Fosfoor lost zich gemakkelijk in zwavelkoolstof op, dat is: hij smelt daarin gelijk suiker in het water. De policie heeft te Liverpool verschillende flesschen met gezegde oplossing van fosfoor in zwavelkoolstof in beslag genomen, en daarmeê herhaalde proefnemingen laten doen. Men wierp een dier flesschen tegen een hoogen muur. Er ontstond eene hevige ontploffing; de schok der gebroken flesch was voldoende om het vocht te doen ontbranden: een stroom van vlammen verspreidde zich van boven tot onder over den muur, en deed dichte wolken van prikkelende en vergiftige dampen opstijgen. Toen spoot men een breeden waterstraal tegen den muur, maar men had verscheidene kuipen water noodig om de vlam te blusschen, en nog den volgenden nacht zag men op den muur het licht van den fosfoor, welke er op was blijven kleven. Men heeft insgelijks bevonden dat de oplossing in kleine hoeveelheid, over eene groote oppervlakte verspreid en aan de lucht blootgesteld, of op katoen of kemp uitgegoten, oogenblikkelijk van zelf vuur vatte. Gelukkig dat er een ander bluschmiddel bestaat hetwelk spoediger en zekerder dan het water werkt; wanneer men namelijk een dichte laag zand werpt op de plaats. waar de brandende vloeistof is uitgegoten, wordt de aanraking der lucht verhinderd en het vuur aanstonds uitgebluscht. Daarom heeft het engelsche gouvernement bevel gegeven den vloer der publieke gebouwen, waar men voor brandstichting vreest, met zand te bestrooien, ten einde onmiddellijk gereed te zijn. Het is te hopen dat de Engelsche Garibaldisten er niet zullen in gelukken hunne uitvinding te volmaken, door er eene stoffe bij te voegen, die zelf de voor het vuur noodige zuurstof bevat; want dan zou goede raad duur zijn. Voorzeker moet het als eene regtvaardige straf des Hemels worden aangezien, dat de Engelschen, die jaren lang bezig waren om heel Europa en voornamelijk Italië in vuur en vlam te zetten, zonder het te weten hun eigen land met brandstichters hebben opgevuld, welke hunne meesters in Italië verre in stoutheid overtreffen.