Het Belfort. Jaargang 14(1899)– [tijdschrift] Belfort, Het– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 74] [p. 74] Kerstlied. 't Is middernacht! Wat toonen zoet en zacht, Wat grootsch en lief akkoord Wordt er op eens gehoord Van op deez' aardschen grond In 't stille hemelrond? Een lied dat schokt, Een lied ontlokt Aan gouden tooversnaren: Het lied der hemelscharen, Dat klinkt voor 't Kindje Jesus. 't Is middernacht! Bij hunne kud ter wacht, Verneemt een herdersschaar De blijde, blijde maar, Die zangrig stroomt en zoet Uit 't englenhert vol gloed. Die wondre zang Verwekt een sprank Van liefde, en zij ook zingen Vol vuur met de englenkringen Voor 't godlijk Kindje Jesus. 't Is middernacht! De herders trekken zacht Op de englen hun gebod Naar 't stalken waar hun God In eene kribbe ligt Gelijk een arme wicht. [pagina 75] [p. 75] ‘Naar Bethlehem!’ Zoo klinkt hun stem; ‘Aanbeden 't uitverkoren, Dat is aldaar geboren! Aanbeden 't Kindje Jesus!’ 't Is middernacht! Het minzaam Kindje lacht, En 't hoofdje heeft een krans Van heldren hemelglans; Het spreidt zijne armkens naar De blijde herdersschaar, En 't wenkt hen blij: ‘Komt allen bij!’ Zoo spreekt het hemelsch Wichtje Met zijn zoo schoon gezichtje! Zoo spreekt ket Kindje Jesus! 't Is middernacht! Komt allen: Jesus wacht! Hij roept, Hij roept u luid, Hij steekt zijne armkens uit; Komt bij, knielt allen neer Voor uwen God en Heer! Komt bij, en galm' Uw lied, als psalm Van glorie! Lof en eere Den God-mensch, onzen Heere, Het god'lijk Kindje Jesus! Opdorp, A.M. Vorige Volgende