Het Belfort. Jaargang 13(1898)– [tijdschrift] Belfort, Het– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 726] [p. 726] Allerzielen. Sancta et salubris est cogitatio pro defunctis exorare, ut a peccatis solvantui. (2e November), H. Schriftuur. De Heilige Kerk aanhoort de stemmen, Die smeekend strijgen uit den poel, En haar gevoelig hert beklemmen, Dat geene foltring zien kan koel. O ja! zij hoort de bange klachten Der zielen in het woedend vuur; Zij zal hun jammeren versmachten, Hun noodlot maken minder zuur. Zij weent! want zij weet wat zij lijden, Hoe hertverscheurend is hun smert; En daarom wil ze een dag hun wijden, Een dag, die beur' hun smachtend hert. De klokken treurig, klagend klinken; Zij duiden aan een diepen rouw; Natura zelfs wil niet meer blinken: 't Is alles zwart en doodsch en grauw. Heur rijkelijke feestgewaden Heeft onze Moeder afgelegd, En alles, alles doet ons raden Dat zij zich gansch de vreugd ontzegt. Zij stort nu vuurge smeekgebeden Voor harer kindren bitter lot, Die, als de wierookwalmen, heden Verschijnen voor den troon van God. [pagina 727] [p. 727] O mensch! daar 't is in uw vermogen, Help ook de zielkens uit den poel Stuur uw gebeden tot den hoogen En toon dat ook gij hebt gevoel. O stervling! bid toch met uw Moeder, Opdat gelenigd word' de pijn Van uwen afgestorven broeder, Die zoo verlangt verlost te zijn! O bid! opdat hij ook u heuge, Als hij geholpen is door u, En bij uw dood uw ziel verheuge, En zegge: ‘broeder, juich ook nu!’ Thienen. A.M. Vorige Volgende