Hooglied in dichterlijk proza van L. Lambrechts; B. Buckincx' Volks liederen verdienen ten volle dezen titel; R. Schrijvers besteedt er een wezenlijk talent aan om in kunstvolle liederen van smedige, kleurige taal zijn ziedenden hartstocht uit te gieten, en de menschen te doen gelooven dat hij waarlijk uitzinnig, gek van liefde is. En daarna weder Doornkapper met zijn ‘Bemoediging’, een heilgroet aan de Limburgsche zangers gebracht, aan de ouderen als aan de jongeren; en nogmaals liederen daarna van A. Swennen, van Theodoor Sevens, van St.-L. Prenau; en ten slotte, in proza, het levendig en aangrijpend verhaal van den ‘Dusselteur’ door J. Duqué, en in proza insgelijks, kunstvol proza, de zielstudie van Victor Bouts: Smart om Liefde's wil... Ziedaar eene onvolledige opsomming van den rijken en afgewisselden inhoud van het derde der Limburgsche Jaarboeken. De Limburgsche maatschappij, die reeds om de verhevenheid van het doel dat zij betracht, op onze hulde recht heeft, verdient deze hulde dubbel omdat haar onverzwakte geestdrift blijkbaar zoo opwekkend werkt ginder in het dichterlijke heimatgouwe, en dat vroeg of laat dat geestdriftig herleven van Limbarg de sluimerende letterkunde van ons aller gemeenschappelijk Vlaanderen aanprikkelen zal tot nieuw leven ook...
S.
Franciscaansch Vlaanderen of levensschetsen van al de paters Minderbroeders-Recollecten, die aan de voormalige Provincie van St. Josef, in het graafschap van Vlaanderen, hebben toebehoord, van 1629 tot 1797; benevens van de Franciscanen die vóór 1629 in Vlaanderen geboren zijn, er langen tijd geleefd hebben of gestorven zijn en door hunne deugden, geleerdheid enz. hebben uitgemunt, door P. Fr. Pholianus Naessen, Minderbroeder. Mechelen, Prijs fr. 5,00, 1895, een deel gr.-8o.
De opgave van den titel des werks zal voldoende zijn om degenen, die de bibliographie en de biographie beoefenen, of te raadplegen hebben, aan te zetten het te koopen Het boek, vrucht van eenen twaalfjarigen gewetensvollen arbeid, verdient ten volle de gunst; men treft er honderden korte, of lange, levensschetsen in aan van Minderbroeders, die door geleerdheid, deugd of heilig leven hebben uitgemunt, en ongetwijfeld zal de opgave van al de kloosterlingen der orde, in de Vlaamsche Provincie, volledig zijn, daar de schrijver al de bekende bronnen raadpleegde. Het boek is goed geschreven, in eenen bondigen, klaren stijl, sober zooals het past.
De voorrede sluit met de woorden: ‘Geen twijfel of zeer vele Vlaamsche familien zullen er leden in vinden, die hun tot nu toe onbekend gebleven waren.’ Zoo zal 't wel zijn, althans schrijver dezes vindt er een voorzaat vermeld, hem tot heden enkel bij name, volgens stamboom, bekend.
Zoo zal, ook in een ander dan bloot kerkhistorisch opzicht, het werk van pater Naessen velen van groot nut zijn, daar de hier verzamelde inlichtingen slechts met groote moeite verkregen, en ja, de meeste buiten het bereik der belanghebbenden, in weinig bekende handschriften verspreid zijn. Voor de geschiedenis van menige gemeente in Vlaanderen behelst Franciscaansch Vlaanderen ook zeer wetenswaardige inlichtingen.
De bibliographische notas schijnen ons zeer nauwkeurig Men vindt er het bewijs, dat vele, zeer vele oude hss, vroeger in kloosters bewaard, tijdens de Fransche omwenteling verloren geraakten, en tot heden zoek bleven!
Wij wenschen den geleerden schrijver geluk met de vrucht zijner langdurige en nauwgezette studie, welke tot model mag dienen aan andere oude kloostervereenigingen, waar eene uitgave als deze nog ontbreekt, als de Karmelieten, Predikheeren, Augustijnen enz.
P.