| |
| |
| |
Boekennieuws en kronijk.
Max Rooses: Letterkundige Studien. Gent, Ad. Hoste; Antwerpen, Nederlandsche Boekhandel, 1894. Prijs: fr. 2,50.
‘Werken van Max Rooses’...., en daaronder de opsomming van zijn Schetsenboek, - Nieuw Schetsenboek, - Derde Schetsenboek, - Letterkundige Studien, - Geschiedenis der Antwerpsche Schilderkunst, - Over de Alpen, - Op reis naar heinde en ver. Ziedaar wat U aanstonds treft, op de achterzijde, wanneer men het boek ter hand neemt. De vier eerste werken bevatten letterkundige critiek. Met voorkeur worden onze voorname Zuid-Nederlandsche schrijvers en dichters onzer eeuw erin behandeld: J.F. Willems, Ledeganck, T. Van Ryswyck, Conscience, Jan van Beers, F. De Cort, J. Vuylsteke, E. Hiel, Tony, J. Van Ryswyck, R. Snieders, Pol de Mont, R. en V. Loveling, A. Rodenbach, Wazenaar, Hilda Ram, L. De Coninck, Aug. Michiels, Prudens Van Duyse, Julius de Geyter, Hélène Swarth, waarvan enkele zooals F. De Cort en Conscience tot tweemaal toe, Jan van Beers zelfs tot driemaal toe. Benevens die biographischcritische artikels komen er studien voor over Pater Poirters, over Willem Ogier, over het Nevelingen-Lied en de Heldenliederen der oude Edda, over Geuzen- en Anti-Geuzenliederen der XVIe eeuw, over de Zuid-Nederlandsche dichters van 1830 tot 1880, over de jongste richting in de Zuid-Nederlandsche letterkunde, over Taine, over de historische romans in Duitschland, over de Kalewala, het Volksepos der Finnen. Kortom, eene lange reeks opstellen van letterkundige critiek, welke uitmunten door de degelijkheid van hun inhoud, door de keurigheid van den vorm, en daarbij de groote aantrekkelijkheid hebben van een uiterst bonte verscheidenheid
Wij zullen niet veel woorden verspillen, om vast te stellen dat Max Rooses een meester is, die klaar en scherp ziet zooals niet een, die een stylist is van eersten rang, en die in de hoogste mate het talent bezit om zijne uitgebreide wetenschap duidelijk en zonder pedanterie aan den man te brengen. Aan die vereeniging in één persoon van al deze zeldzame eigenschappen is er weliswaar eene schaduwzijde: Max Rooses is een leider der Antwerpsche liberalen, en zijn blik, doorgaans zoo helder, wordt som- | |
| |
tijds beneveld wanneer de politiek in het spel komt... Wij willen echter niet aandringen. Volkomen onpartijdigheid, zelfs in de wetenschap, - is die wel mogelijk? Zelfs wanneer men er naar streeft met zijn beste krachten? En zoo het noodzakelijk is deze voorbehouding te maken en den lezer op zijn hoede te stellen, moet ons dat toch niet beletten aan den Antwerpschen schrijver hulde te brengen voor zijne onloochenbare en groote verdiensten.
De bundel die voor ons ligt - 244 bladzijden - bevat zes studien. Eene studie over de volledige werken van Sleeckx, verschenen in den Gids van April 1887. Eene studie over Prudens van Duyse's Nagelaten Gedichten, verschenen in het Nederlandsch Museum van hetzelfde jaar. Eene polemiek met Pol de Mont over de jongste richting in de Nederlandsche poëzie (Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle, 1888). Vervolgens, eene bespreking van De Geyter's ‘Keizer Karel en het Rijk der Nederlanden’ (Nieuwe Rotterdamsche Courant, Juli 1888), eene studie over Jan van Beers, naar aanleiding van het afsterven des dichters (Gids, December 1888), eene studie over Hélène Swarth (Gids, Juli 1891) en eindelijk eene uitgebreide studie, voor het eerst verschenen in den Gids van April van dit jaar, over het Volksepos der Finnen, de Kalewala. - In deze boekaankondiging is het de plaats niet om ze te bespreken. Niet alles zouden wij er in kunnen prijzen. Maar geen oogenblik aarzelen wij om ze een verheugende aanwinst voor onze letteren te noemen, en om hunne lezing - met de noodige critiek erbij, wel te verstaan - ten zeerste aan te bevelen. De goede eigenschappen welke aan Max Rooses eene plaats verzekeren onder onze beste Zuid-Nederlandsche schrijvers, en wellicht de eerste plaats onder diegenen welke zich op letterkundige critiek hebben toegelegd, vindt men er in hooge mate vereemgd; evenzeer ten andere als in de vorige bundels dient de lezer ook hier op zijn hoede te zijn, waar de politiek ter sprake komt, doch veel, zeer veel zal elk er uit leeren...
Gusten, Verhaal uit den Ouden tijd, door A. Mervillie. - Tweede uitgave Te Thielt, gedrukt bij P. Pollet-Dooms, in 't jaar O.H. 1894.
Eene wreede, bloedige moordenaarsgeschiedenis: Gusten, de held van het verhaal, een brave kristelijke jongen die op reis gaat, in een verafgelegene herberg, een echt moordenaarshol, vernacht, en op de wonderlijkste wijze er in slaagt te ontsnappen... Het schijnt ons niet dat dit juist eene zeer geschikte stof was om te bezingen, ofschoon we er geenszins aan twijfelen dat het, zooals de schrijver in de inleiding der eerste uitgave de hoop uitdrukt, ‘geren zal gelezen worden, vooral van de kinders.’ Wat ons het meest bevallen heeft, zijn de bladzijden waar ons ‘Gusten op reize’ wordt geschilderd.
Wat de eigenaardigheid van het boekje uitmaalst, is de taal waarin het geschreven is. Zij is, om met de Inleiding te spreken, ‘zooveel mogelijk, echt Germaansch.’ Niet alleen streeft de schrijver
| |
| |
er naar die woorden door echt-germaansche te vervangen welke zooals compagnie, gouverneur, minister, kontent, provincie, notaris enz. louter vreemde woorden zijn, maar ook de schuimwoorden zooals koken, duren, tafel, beker, disch, penne, schrijven, strate enz. Zoo wordt notaris vertaald door deelman, priester door wijman. Wat de keus en de beteekenis der woorden betreft, houdt zich de schrijver meest aan het Westvlaamsch: Zoo b.v. beteekent droef hetzelfde als Nederlandsch stout, fraai hetzelfde als Nederlandsch braaf, boek is mannelijk: nominatief: den boek, enz. Deze aanduidingen zullen voldoende zijn, wij twijfelen er niet aan, om bij velen de belangstelling op te wekken welke het werkje van den heer A. Mervillie ten volle verdient.
Revision de la loi organique de l'Instruction primaire du 20 September 1884, par J. Solange. Namur, A. Wesmael-Charlier, 1894. Prijs: 0,75 fr.
Het motto, dat op den titel prijkt, toont aan met welken geest dit uiterst keurig gedrukte, uiterst duidelijk beredeneerde werkje geschreven is, een woord van den heer V. Jacobs. ‘De Staat moet door zijne toelagen, door zijne raadgevingen, door zijne voorbeelden, de gemeenten en de bijzonderen aanmoedigen, welke zich opofferingen getroosten voor de uitbreiding van het volksonderwijs.’ Wat zijn strekking nog nader bepaalt is de opdracht ervan aan het Verbond der Katholieke Grondwettelijke Vereenigingen, onder het voorzitterschap van den heer Woeste, door wiens fraai portret het werkje versierd is. De verschillende stelsels van hervorming van het lager onderwijs worden er opvolgentlijk uiteengezet en besproken. Aan het slot, een ontwerp dat volgens den schrijver aan de maatschappelijke vereischten voldoet, het onderwijs aan den invloed der politiek onttrekt en tezelfdertijd verzekert, de rechten van den Staat en van het bijzonder initiatief eerbiedigt, en den toestand der onderwijzers verbetert terwijl ook de huisvaders geen rechtskrenking te duchten hebben. Pax et Justitia. - Aan de belangstellenden - en wie stelt op dit oogenblik geen levendig belang in eene zoo druk besproken kwestie, van wier oplossing zóó veel afhangt voor iedereen - weze het dan ook warm aanbevolen!
Table de la Bible, partagée pour être lue en entier chaque année, en concordance avec les leçons du Bréviaire, uitgegeven bij A. Siffer, Gent. Prijs: fr. 0,20.
Het is niet lang geleden dat Leo XIII, aan wiens waakzaam oog niets ontsnapt, zijnen schoonen wereldbrief over de H. Schriftuur schreef. Hij drukte daarin zijn vurig verlangen uit om een grooter getal geloovigen, maar bijzonderlijk degenen die door Gods genade tot de H. Orders geroepen zijn, de H. Boeken van dag tot dag neerstiger en ieveriger te zien lezen, overwegen en uitleggen.
Een geleerde kloosterling van het gezelschap Jezus heeft het goed
| |
| |
gedacht opgevat eene tafel te doen drukken waarin dagelijksche lezingen in den Bijbel aangewezen zijn, op zulke wijze dat hij in één jaar kan rond gelezen zijn. Zulke tafel is zeldzaam, wij kennen er maar ééne, en nog is zijin het bezit van weinigen, niet eenvoudig genoeg opgesteld en te moeilijk om raadplegen.
Deze tabel is dan iets nieuw; zij zal groote diensten bewijzen. Hangende aan den muur in 's priesters werkkamer, zal zij alle dagen de te doene lezing aanwijzen; meer nog, zij zal de studie van het H. Schrift gemakkelijker maken; zij volgt de orde van den Brevier en duidt bijgevolg aan hoe men volledige kennis zal bekomen van de H. Boeken waar de Kerkelijke Getijden maar een deel van geven.
Die tafel, dragende de goedkeuring van het bisdom van Gent, zal welhaast in de handen van alle priesters, van alle semmaristen zijn, en zelfs, wenschen wij vurig, verspreid onder de leeken die de studie en de kennis der H. Schriftuur behertigen.
Duikalmanak voor 1895, van Dr Guido Gezelle. Ziehier hoe het Hollandsch blad Friso, er zich over uitlaat:
In de eerste plaats vestig ik heden even de aandacht op een scheurkalender, (oude bekende) welke ook in boekformaat verkrijgbaar is. Van dien zoogenaamde Duik ofte Plukalmanak is dit te zeggen, dat het een zeer belangrijk boeksken is voor allen, die aan folklore doen, en voor allen, die behalve een goede spreuk ook op elken dag nog iets bizonders willen lezen omtrent dien dag zelf nl.. aan wien hij gewijd is, welke gebruiken er op in zwang zijn, met welke dagen hij zooal genoemd wordt, en zoo meer. Ieder die voor een halven gulden den, bij A. Siffer te Gent uitgegeven, nieuwen vlaamschen Duikalmanak koopt komt deze belangrijke zaken te weten.
Hij zal dan ook in Noord-Nederland wel al meer inheemsch worden!
Belgische Handel in den Vreemde. - Onze Kolonie. - Onze Bedienden. - Onze Scheepvaart. - Antwerpen, Diukkerij A. Bruynincx-Noe, 1894.
Een vlugschrift van vier bladzijden, waarvan het doel is eene nationale ondersteuning voor Belgische geletterden in den vreemde, in hoedanigheid van consuls en agenten, in het leven te roepen; en het vraagpunt van het leggen der kern eener nationale vloot practisch te bewerken.
Davidsfonds. - Maandag 10 December hield de afdeeling Gent, hare jaarlijksche prijsuitdeeling voor de bekroonde leerlingen in hare prijskampen; de eerw. heer Erik-A. Wang, pastoor Missionnaris te Christiania, en Noorweger van geboorte, luisterde de plechtigheid op met eene Vlaamsche voordracht met gezichten uit de Noorderlanden. - Den 7 December sprak de eerw heer Van Speybroeck, in de afdeeling Waregem, over Hans Sachs, den Duitschen dichter-schoenmaker. - Op tweeden Kerstdag had Aarschot een tooneel- en letterkundig avondfeest met voordracht door M.S. Dille; er hadden ook verleden
| |
| |
maand feestelijkheden plaats in de afdeelingen Zele, Antwerpen, Oostende enz. In de laatste plaats sprak Pieter De Buck, een werkman van den Gentschen Antisocialistischen bond, te Antwerpen was de redenaar de heer J Van der Voort.
- De raad der Kortrijksche afdeeling heeft het goed gedacht gehad, eenige veertiendaagsche vergaderingen te houden, gewijd aan de studie van het maatschappelijk vraagstuk. De eerste vergadering heeft plaats gehad op Donderdag 27 December. Sprekers: E.H.K. Fonteyne en M.Th. Sevens. Het is de eerste sociale studiekring in het Davidsfonds, wij zijn verzekerd dat dit goede voorbeeld weldra overal zal gevolgd worden.
Konink. Vl. Academie. - Zitting van 19 December. Er wordt tot de uitgave besloten van: de Kroniek van Hendrik van Merchtene, door Dr Guido Gezelle, en van eene verhandeling over het Aalstersch dialekt, door hoogleeraar Collinet van Leuven. Last zal opgedragen worden tot het schrijven van studien over het leven en de werken van Snellaert, Dautzenberg, Ledeganck en David.
De heer E. Hiel leest een gedicht: Twee Dichters en de aftredende bestuurder, de eerw. heer Dr Claeys, stuurt eenige woorden van dank en afscheid tot de leden.
† Pater Denza, een der geleerdste sterrekundigen onzer eeuw, bestuurder van het observatorinm van Rome.
† J. Schadde, bouwmeester der stad Antwerpen, schepper der Beuis en van den Vlaamschen Schouwburg te Antwerpen, het Station te Brugge, het goedgekeurd ontwerp van het nieuw douanenhotel in de Scheldestad, verschillende kasteelen, enz.
† Dr W.J.S. Nuyens, Buitenlandsch eerelid der Konmkl, Vl. Academie. Hij was de verdienstvolle katholieke schrijver der Nederlandsche beroerten in de 16de eeuw, een omvangrijk en gewaardeerd werk van 8 bd. Hij stierf te Westwoud in een gevorderden leeftijd.
|
|