Het Belfort. Jaargang 8(1893)– [tijdschrift] Belfort, Het– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 48] [p. 48] Bij 't afscheid der zusters Franciskanersen missionarissen in Argentine. In 't welig land der milde zon en aarde Dat vlijt en werk met dubbele oogsten loont, Daar ook bloeit eens eene eedle zielengaarde - De Kerk en 't Kruis met roem en kracht gekroond. Thans zoekt de nood uit eigen land geweken Zich daar een grond die erve en haardsteê biedt, Maar vindt in 't ruim der nieuwbezaaide streken Zijn eigen school en kerk nog niet. Gaat, Zusters, gaat! volgt uw geloofsgenooten; Bindt huis aan huis in kerkgemeente saâm; Leert aan des zwervlings kind, uit eigen land gestooten, Des Heeren zoeten Naam. Gij gaat, gevolgd van wenschen en gebeden; Gij gaat, gesterkt door uw apostelmoed... Uw huis wordt ginds van christne leer en zeden Het middenpunt, welhaast in dank gegroet. Uw eerloon van beproeving en ontberen, Is 't kleine kind in deugden opgegroeid, Is 't huisgezin gevormd naar 't woord des Heeren Waar 't heil van 't volk en land uit groeit. Ginds over zee, zoo ver van ons gescheiden, Draagt gij het beeld der bidplaats in uw hert Waar wij van daag ten outer u geleidden, Waar uw offrand door God gezegend werd; Ons zustrenkring voor 't outer neergebogen Dat u met ons ter bede zag geschaard, Houdt, biddend, zich het troostend woord voor de oogen: Wat God bewaart is wel bewaard. Dr H. Claeys. Vorige Volgende