Het Belfort. Jaargang 6
(1891)– [tijdschrift] Belfort, Het– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 308]
| |
De Vlaamsche lier.Aan E. WEEMAES, S.J. O ja, 't is schoon, het vaandel planten
Voor vaderland en moedertaal.
E. Weemaes. Tegen zedelooze zangen.
TOEN Gij, zestig jaar geleên,
Van de Zwitsersche Alpen daaldeGa naar voetnoot(2),
Naar de Vlaamsche vlakten heen,
Waar U 't eerste licht bestraalde,
Droegt Gij niet het kruis alleen,
't Wapen van Loyola's telgen:
Even manlijk, even fier,
Tradt Gij op voor 't oog der Belgen
Met de aloude Vlaamsche lier.
Na den korten broederstrijd
Weer in stille rust gezeten,
Zag het Vlaamsche volk met spijt
Zijne taal in 't slijk gesmeten, -
Of de fiere Vlaamsche Leeuw
Wolf en jakhals na moest huilen,
Na den roem van vroeger eeuw
In het donker weg moest schuilen,
En in 't Fransch zijn schand verpruilen, -
Hij, gewoon aan jubelschreeuw!
| |
[pagina 309]
| |
Dichter! U zegt Vlaandren dank.
Door de Vlaamsche velden ruischte
Weder Vlaamsche harpeklank;
Uit den Vlaamschen boezem bruiste
't Vlaamsche lied weer vrij en vrank.
Gij hadt de echte snaar geslagen,
't Vlaamsche vaandel hoog gedragen,
Naast Cracco en Ledeganck,
Vóór de Koninck 't licht zag dagen,
Vóór wij 't eerste flikkren zagen
Van Gezelle's dichtersprank.
't Was het echte Vlaamsche lied,
- Blij-godsdienstig, stil-verheven, -
Dat uit vollen boezem vliet:
Zóó er Vondels harp ontzweven,
Zóó er Poirters' Duifken biedt.
'k Mocht het in mijn kindsheid hooren,
Daavrend door de tempelkoren,
Ver van Vlaandrens grondgebiedGa naar voetnoot(1),
En - wat heugnis ging verloren -
Dichter! dát vergeet ik niet.
Niet alleen in 't heiligdom:
Bij de wieg en op de graven
Strooit uw lier haar liedren om,
Spreidt uw veder dichtergaven.
Naast een bruid en bruidegom
Zingt Gij nonnen en begijnen;
Naast de schooljeugd en den wees
Doet Gij wie uw bladen leez'
Helden, helden Gods verschijnen,
Christus' wakkre paladijnen,
Riddren zonder blaam of vrees.
| |
[pagina 310]
| |
Priester! wat uw priesterhand
In die vijftig, zestig jaren
Heeft op d'akker Gods geplant, -
Wat Gij mocht aan vrucht vergaren
Voor een beter vaderland:
't Staat in 's levens boek geschreven,
Waar geen menschenoog het ziet.
Dichter! wat uw zangster biedt,
Wat uw zilvren harp ontvliet,
Wat uw veder achterliet:
Dát blijft in ons midden leven,
't Onverfranschte Vlaamsche lied
Blijft door Vlaandrens beemden zweven,
En vergaat in de eeuwen niet.
Maastricht.
Jan de Brabanter.
|
|