Het Belfort. Jaargang 6

[p. 150]

Aan E.H.J. van der Linden,
toen hij zijne Eerste Misse deed te Ste Maria-Oudenhove, den 1^sten van Juni 1891.

'T IS Juni: haast zal weer der linden kruine bloeien,
En buigen van de vracht der bloemen ongeteld,
Die, uit hun gouden kelkje, alover weide en veld,
Een stroom van balsemgeur en honing laten vloeien.

Het bruine bieken, langs zijn luchtbaan toegesneld,
Zal in en uit en rond elk bloemken driftig roeien,
En rooven wat Gods zon er wekte in stovend gloeien,
Terwijl zijn dankgegons Gods Naam en Goedheid meldt. -

Lijk 't bieken vloogt ook gij, door hooger lust gedreven,
Van deugdenbloem op bloem, en gaarde in 't jonge leven
De vreugden van deez' dag, als hemelhoning zoet.

Laat uit uw gouden kelk, laat over uw beminden
Den zegen stroomen van Gods driemaal heilig Bloed,
En bloei in blijdschap voort, Godspriester Van der Linden!

Eug. De Lepeleer.