Laag gezonken, schets uit het Gentsche volksleven, is een novelletje van Emiel De Beule dat waarlijk eer doet aan zijn jeugdigen schrijver.
Het is de geschiedenis van twee zusters waarvan de eene, met eenen deftigen werkman gehuwd, gelukkig is, terwijl de andere, in het levensbootje gestapt met eenen dronkaard tot dief verlaagd, zedelijke en stoffelijke ellende te verduren heeft. Eindelijk toch komt de verdwaalde op het goede spoor terug.
Om der wille der moraliteit, der belangstelling en der voldoening van den lezer had ik liever gezien dat Lina haren echtgenoot tot betere gevoelens bracht door haar engelachtig geduld, in plaats dat die omkeer schielijk en zonder voorbereiding gebeurt door eenen deus ex machina, hier vertegenwoordigd door eene zware ziekte.
M. De Beule verhaalt aantrekkelijk, hij heeft een lossen en vloeienden stijl; er steken gang en leven in zijne manier van verhalen en zijne taal is in het algemeen zeer zuiver. Wij bestatigen met genoegen dat hij op korten tijd uiterst grooten voortgang gemaakt heeft onder alle opzichten.
Wat den schrijver inzonderheid hier kenmerkt is zijn opmerkzaamheidsgeest: hij ziet de minste bijzonderheden, hij schetst naar de waarheid en de wezenlijkheid, en geeft alles bescheiden en in eenige vluchtige trekken naar de natuur terug. Hij is een ware en verdienstelijke realist in den goeden zin des woords.
Nu dat het lezend publiek tot overbezadiging toe overstelpt geweest is met novellen en verhalen van allen aard, hoeft de novellenschrijver de doorgaansche alledaagschheid van het onderwerp te vergoeden door eene levendige en snedige voorstelling, door iets puntigs en treffends in het inkleeden.
Beproeft de schrijver zijne krachten aan geene verhalen van langeren adem waar de gewone verhaalkunst nog op zijne plaats is, hij moest dien nieuwen weg trachten in te slaan. Een novelletje heeft maar reden van bestaan voorzooveel het beantwoordt aan de hooger vermelde voorwaarden en het tintelt van geest.
M. De Beule bezit den besten aanleg en met studie en volharding zal hij het ver brengen.
K. Vl, Academie. - Zitting van 22 Oct.: Vergadering van commissiën, bespreking en regeling van nieuwe uitgaven en van huishoudelijke kwestien.
Aan Rond den Heerd. Stout gesproken is halt gevochten; ja, als men zeker van zijn feit is, anders valt de steen loodrecht weer Ons bestrijdende over het artikel Eene betreurlijke benoeming bevestigt het Brugsche tijdschrift stout en boud dat M. Obrie niet vermeld staat in de laatste uitgave van het Biographisch woordenboek der Noord- en Zuid-Nederlandsche letterkunde. Ik heb