Drie handschriften worden ten onderzoeke aangeboden, twee spelen van zinne van 1571 en 72, te Roeselare geschreven, en een tafelspel der 15e eeuw.
De dagorde der openbare zitting van November wordt geregeld als volgt: Rede door den Voorzitter, verslag door den Secretaris, Gedicht door E. Hiel, Vonde! herdacht, voordracht door Pastoor Claeys, en verder nog twee voorlezingen.
In de zitting van October zullen de 25 buitenleden en de 10 briefwisselende leden voorgesteld worden. In November zal de kiezing plaats hebben.
Grafzuil De Bo. - Woensdag 28 September is op het kerkhof van Poperinge dit gedenkteeken kerkelijk en plechtig ingehuldigd. Het is een prachtig arduinen kruis met tombe door M. Blanchaert gebeiteld naar eene teekening van den christen Meester Baron Bethune.
Na den dienst in St. Bertens trok men stoetsgewijze naar het graf voorafgegaan door een muziek en de Geestelijkheid met kruis en vanen. Dr K. De Gheldere las er een prachtig en gevoelvol gedicht.
Op de letterkundige zitting hebben wij het genoegen gehad merkwaardige voordrachten te hooren van Dr Van der Heyden, Guido Gezelle, M.J. Muyldermans, G. Flamen en Alf. Janssens-De Schryver. Op het banket, waaraan ruim 200 vereerders van De Bo deelnamen, spraken nog de heeren Dr Van der Heyden, Deken Huys' Senator Lammens, advocaat Verriest en Onderpastoor Opdedrinck. Kortom schoon, prachtig en welgelukt feest.
Brugsche feesten. - Daar alle bladen breedvoerig die prachtige Vlaamsche feesten besproken hebben, zullen wij ons vergenoegen met te zeggen dat de historische stoet, de hulde aan Conscience, de landdag, de uitvoering van het stuk 1303 en de betooging aan den Vlaamschen Prins Boudewijn bij allen het beste aandenken achtergelaten hebben. De Vlaamsche geest is er krachtig door wakker geschud, en leeken en priesters, allen die de feestelijkheden gevolgd hebben, zijn er van vertrokken de moed en de hoop in het hart. Men zegt, dat ware er nog een Breidel en De Connick intehuldigen, de Koning geen fransch meer zou spreken.
De ommegang was prachtig en merkweerdig inzonderheid om zijne historische en archeologische waarheid, doch wij zouden, om het effect op de massas, statiger en zwaarder wagens en dikkere groepen gewenscht hebben, ook bij sommige personnagen wat meer waardigheid. Het standbeeld dat toch in zijn geheel genomen meesterlijk en indrukwekkend is, verliest iets, omdat, ons dunkens, het voetstuk in geen evenredigheid is met den eigenlijken groep. Daarbij komt, nevens het edel en forsch beeld van Breidel, dat van de Coninck eenigzins loos en geslepen voor in plaats van de uitdrukking te hebben van een braven en wijzen man.
Eere aan Kanunnik Duclos die de ziel van den stoet geweest is. Geen overtreft hem in het tot stand brengen van dergelijke luisterlijke inrichtingen.