toestanden zoo goed als geheel ter zijde liet, moest laten, want het ontbrak aan betrouwbare en voldoende bewerkte resultaten, die hem hadden kunnen dienen als onderbouw voor een synthese, die dan nog veel meer een afgewerkt geheel had kunnen vormen, dan nu reeds het geval is.
De tijd immers der landvoogdij van Don Juan is daarom in onze vaderlandsche geschiedenis van zoo beslissende beteekenis, omdat in de jaren van 1576-1580 het pleit beslist wordt tusschen Katholicisme en Protestantisme. In 1576 toch ziet Oranje nog de noodzakelijkheid in van een verbond tusschen de beide richtingen, de Pacificatie van Gent, in 1579 sluit hij de Unie van Utrecht, die een duidelijk protestant partijkarakter draagt en bij welker stichting de Katholieke geestelijkheid van Utrecht en de Katholieke adel en burgerij van Gelderland met geweld en bedreiging gedwongen kon worden tot medewerking of althans passief toezien. De oplossing van dit probleem omvat meer dan op het oogenblik zou kunnen gegeven worden, maar Dr. Huijbers deed een stap in de juiste richting door de publicatie zijner beide deelen over de landvoogdij van Don Juan, die algemeene belangstelling verdienen. Tot nu toe was immers aan de landvoogdij geen enkele afzonderlijke studie gewijd, de verschillende geschriften over het tijdvak van Don Juan zijn meer direct gericht op de Zuidelijke Nederlanden, laten Don Juan's optreden nog te veel in de schaduw. Zoodoende heeft de monografie van Dr. Huijbers tot verschillende nieuwe resultaten geleid. Hoevelen die nog steeds den Koning van Spanje als den bloedhond, een Granvelle als den heftigen tegenstander van de nationale regeering beschouwen, die in de Spaansche Furie alleen het werk der Spanjaarden zien! De lezing van Dr. Huijbers' Don Juan zal hun oordeel terugvoeren in de banen der goedingelichte rechtvaardigheid. Nieuwe gezichtspunten worden hun geopend, waar b.v. de onbarmhartige economische politiek, de uithongering, door Oranje op steden en zelfs gewesten toegepast, die weigerden zich bij hem aan te sluiten, besproken wordt. Medelijden wordt in ons opgewekt met den Koningszoon, den heid van Lepanto, die wel een flink generaal, maar geen regent was, als wij diens trouw door Filips op een zware proef gesteld zien, als hij diens
hartstochtelijke eerzucht al te bitter teleurstelde, het offer vragend van zijn enthousiast gedroomde, schitterend voorgespiegelde plaats in de geschiedenis der wereld.
Ook heeft deze vlot en prettig geschreven monografie aan anderen den weg gewezen naar nog onopgeloste vraagstukken.