Band. Jaargang 12(1953)– [tijdschrift] Band– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Het woud ontwaakt De dag slaat achterover; nacht groeit in 't woud, stroomt uit. Een scherp, doordringend geluid ontspruit aan gras, aan lover. Dol geworden fontein van pijn is dit onstuimig gefluit dat uit de zwellende nacht zo plots en onverwacht op ons aanboort. Is dit der aarde schaterlach? Is dit de angstkreet der natuur uit zovele monden om al de wonden die onverhoeds en fel van greep of slag hijgend in de nacht worden toegebracht? Die kreet zo hoog geslaakt die woest de nacht doorboort Het is het woud dat ontwaakt voor roof en moord. Alfons Walschap, m.s.c. (1938) Vorige Volgende