zonder dat iemand het weet, gesloten wordt nadat de eerste echtgenoot door de huidige man wordt vermoord. Ook hier zit de misdaad vier generaties op hun weg naar het onbereikbaar geluk achterna.
Voor wie rustig de 680 bladzijden van deze familiegeschiedenis kan doorlezen, zijn ‘De Boeken der Kleine Zielen’ een meestermerk van psychologische ontleding, bovendien geschreven in een aristocratisch-gestelde stijl en vorm, die het werk en zijn auteur op een peil plaatsen waarop alleen de besten in de wereldliteratuur zich kunnen bewegen en handhaven. Persoonlijk verkiezen wij ‘De Boeken der Kleine Zielen’ boven het zo geroemde ‘Eline Vere’ van dezelfde auteur.
In de ‘Nimmer Dralend-reeks’ van de Nederlandse firma ‘Nijgh & Van Ditmar’ verscheen onlangs ook een herdruk in goedkope uitgave, van de tropenroman van de Nederlands-West-Indiër, Albert Helman (ps. van Lou Lichtveld): ‘De Stille Plantage’, voor het eerst gepubliceerd in 1931.
Deze roman speelt zich af in de 16de eeuw, en behandelt de geschiedenis van een Franse edelman, Raoul de Morhang, die om geloofsredenen Frankrijk verlaat, om met zijn vrouw en haar beide zusters naar Holland te vluchten. Als hij daar verneemt dat zijn bezittingen geconfisceerd zijn, neemt hij het besluit in West-Indië op een plantage een nieuw leven te beginnen.
In een bekoorlijke taal vertelt Helman van Raoul's pogingen om van zijn plantage een paradijs te maken: ‘een staat van rechtvaardigheid, van juiste verhouding en juiste verdeling, als een bolwerk, klein maar hecht te midden van een grote roofstaat waar macht met willekeur onderdrukt en het bezit wordt aangewend om bezitlozen te vernietigen’.
Met zulke idealen voor ogen wordt ‘Bel Exil’ gesticht. Maar na enkele jaren van moeizame strijd tegen de natuur en de mensen, nadat hij reeds zijn neger-voorwerker, zijn blanke opzichter, en zijn jongste schoonzuster heeft verloren, komt Raoul tot het besef dat ‘om hier te overwinnen, de mensen elk offer moeten kunnen brengen: rust, vertrouwen, lijdzaamheid en leven’ - telkens opnieuw moeten beginnen, nadat alles is verwoest.
Hij keert dan met de zijnen naar Europa terug, en als jaren later zijn volwassen zoon de plantage tracht weer te vinden, ervaart deze dat de natuur alles tot de oerstaat heeft teruggebracht en de sporen van het pionierswerk zijner ouders vrijwel heeft weggevaagd.
Wanneer wij de aandacht vragen voor deze mooie tropenroman - een der beste uit de Nederlandse koloniale letteren - is het omdat Helman thans, twintig jaar na de publicatie van ‘De Stille Plantage’ hetzelfde thema heeft verwerkt in een nieuwe roman, getiteld ‘De Laaiende Stilte’ en uitgegeven door de ‘Amsterdamsche Boek- en Courantmaatschappij’. Is het thema hetzelfde de uitwerking ervan is totaal nieuw. De held uit