Koninklijk Belgisch Koloniaal Instituut Jaarlijkse Wedstrijd
Het bij koninklijk besluit van 4 September 1928 opgericht Koninklijk Belgisch Koloniaal Instituut heeft tot doel de koloniale propaganda in het hoger onderwijs in te richten, de verbinding tussen de verschillende organismen die zich met koloniale studies bezighouden te verzekeren en alle wetenschappelijke studies die op de kolonisatie betrekking hebben, te ondernemen.
Het omvat drie secties: Morele en Politieke Wetenschappen, Natuuren Geneeskundige Wetenschappen, Technische Wetenschappen.
Iedere sectie bestaat uit vijftien leden en mag bovendien dertig nationale of vreemde buitengewone leden, en vijftien corresponderende leden tellen; deze worden gekozen onder de in Belgisch-Kongo of Ruanda-Urundi verblijvende kolonialen.
Iedere sectie stelt jaarlijks twee prijsvragen, waaraan een som van 2.000 tot 10.000 frank wordt toegekend. De prijswinnende verhandelingen worden daarenboven op de kosten van het Instituut gedrukt.
De antwoorden moeten, in drie exemplaren, vóór 10 Mei van ieder jaar, op het Secretariaat-Generaal van het K.B.K.I., 25, Marnixlaan, te Brussel toekomen.
De tekst van de gestelde vragen, evenals het volledig reglement van de wedstrijden, verschijnen jaarlijks in de eerste aflevering van de Mededelingen der Zittingen, die kan worden geraadpleegd in een groot aantal Belgische bibliotheken en in al de openbare bibliotheken van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi.
Voor de jaren 1953 en 1954 worden onderscheidenlijk de volgende vragen gesteld: