Awater. Jaargang 3
(2004)– [tijdschrift] Awater– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 50]
| |
Poëzieclubkeuze zomer 2004De bundel Puur van Pieter Boskma werd door het Dichterspanel van de Poëzieclub uitgeroepen tot Poëzieclubkeuze zomer 2004. | |
‘Wie schrijft met een tak in de wind of met een menselijke teen in het water’ Door Judith Herzberg en Ed LeeflangPuur van Pieter Boskma is een bundel vol contrasten. Dat geldt voor de uiteeenlopende onderwerpen en ook voor het taalgebruik, dat varieert van lichtvoetig en eenvoudig tot geruchtmakend en gecompliceerd. Aan de ene kant laat Boskma zich duidelijk kennen als een geëngageerd dichter van de actualiteit, getuige bijvoorbeeld zijn grimmige reactie op de Irak-oorlog. Maar ook voelt hij zich ‘volmaakt passen in Villa Het Grote Geluk / op een duim met rondom uitzicht’. Met overgave ondergaat en bezingt hij die tijdeloze wereld aan zee van Gorter, Roland Holst en Lucebert, de visionaire dichters van wie hij bekende regels parafraseert, voorgangers met wie hij zich verwant voelt: ‘zie maar / hoor maar, voel in hun bericht / door mij gevonden dat hier / amper iets veranderd is’. In zijn beschrijving van erotiek of zijn tijd van geweld en ‘bevingerde mores’ heeft Boskma bepaald niets van een fluwelen dichter, maar de gedachte aan zijn opa's huisje in het Friese Akkerwoude kan hem een idyllisch geluksgedicht ontlokken. Tegenover de barse toon van de boetprofeet ‘in dit overvolle land door sinterklazen falende / bedekt en aangeslagen’ staan feilloos geregistreerde momenten als ‘van grote woorden verstoken / ritselt een mees prunus’. Doorgaans is in deze bundel een dichter aan het woord van de grote allure, absoluut niet bang voor een hooggestemd idioom. ‘Hoofdgerecht’ voor Gerrit Kouwenaar zet in met Meer dan te paard en rechter dan de botten
der gevallenen - maar evengoed verlegen met
het eigenste karkas - nader je de stilste trom
van de decibellen (...)
Maar Boskma beschikt ook over sarcastische en quasi-luchtige registers: Zeker de kroonprins ontfermt zich zoals het
de jagende adel betaamt zich te buigen over
de bloedende prooi en de pluchen honden
af te blaffen (...)
Ook poëzie in de gewone omgangstaal komt voor in deze pluriforme bundel, zoals in ‘Brief uit Elegia’ voor Hafid Bouazza of in een passage als En ik zei lieve X (laat ik nu je naam kwijt zijn)
al die korte snelle jaren en ik heb nog steeds
hoe zeg je dat the blues for you of zo -
Het zijn regels uit een aandoénlijk gedicht over een al anoniem geworden maar niet meer te vergeten meisje in een park, ‘zo high je wist niet eens waarvan precies’. Geen taalgevoelige lezer zal zich kunnen onttrekken aan het altijd muzikale en stromende van deze poëzie, die de indruk maakt op te wellen uit een onuitputtelijk beeldend vermogen. Ten bewijze waarvan dit visioen met zijn intrigerende slotregels: Kind van berekening
‘Zou zich nog ooit op een zonnige dag
een waaier van warme, rustgevende kleuren
over mijn leven ontvouwen, de geelgrijze
berg met zijn donkere wangen, en al het
verlangen, ja al het verlangen, en zal dan
iets breeds als de ziel zich versmallen
en evenwicht vinden als druppeltjes bloed
in de aderen van een of ander systeem,
en zal ik dan groeien of leren te spreken
zonder te haten of liegen of dwepen, en de
dieren lokken naar het strand om uit te blazen,
de gehoefde, de gevederde, de kale, die met
vachten, alle aandachtig luisterend, die met
een staart fel kwispelend, en zal de reusachtige
stem mij deelachtig dan worden begrepen door
al wat beweegt, ook de bomen, de wolken,
het water, het gras, en het stof dat vervliegt
op de wind, die mijn adems adem is, en zal ik
dan god zijn of gewoon één van alle doden.’
N.B. | |
200 jaar literatuur in VlaanderenHoe zag het blaadje eruit waarop Paul van Ostaijen het gedicht ‘Marc groet 's morgens de dingen’ schreef? En het handschrift van Louis Paul Boon? Het is te zien op de nieuwe permanente tentoonstelling in het Letterenhuis te Antwerpen, die op 17 oktober van start gaat onder de titel 200 jaar literatuur in Vlaanderen. Er zijn documenten van Vlaam- | |
[pagina 51]
| |
se schrijvers te zien, foto's, affiches, prenten, tekeningen en schilderijen en sculpturen. Het AMVC-Letterenhuis heeft dit jaar voor het eerst de erkenning van de Vlaamse overheid als het literaire archief van en voor Vlaanderen. De collectie bestaat uit ruim 2 miljoen brieven en handschriften, 130.000 foto's en 35.000 affiches. AMVC-Letterenhuis, Minderbroederstraat 22, Antwerpen. http://museum.antwerpen.be/amvc | |
Poëzie in woord en beeld op Poetry International WebWat is de zin van poëzie? Heeft poëzie überhaupt zin? Op deze elementaire vragen geeft de Zuid-Afrikaanse dichter Antjie Krog haar antwoord in de traditionele ‘Defence of Poetry’ (Verdediging van de Poëzie), voorgedragen op het Poetry International festival 2004 en onlangs gepubliceerd op Poetry International Web. Dat poëzie niet altijd in geschreven woord hoeft te zijn, bewijst de ‘Poetry clip of the month’ van september. Dit filmpje toont een voordracht van Jaap Blonk, dé Nederlandse vertegenwoordiger van klankpoëzie. Naast zijn interactieve poëzievoordracht zijn er onlangs nog twaalf nieuwe filmpjes toegevoegd op de site, die alle opgenomen zijn tijdens het Poetry International Festival 2003. Dit unieke audiomateriaal laat de bezoeker kennismaken met dichters uit bijvoorbeeld Egypte, Macedonië en India. Van het Poetry International Festival 2004 zullen spoedig digitale opnamen op de website van Poetry International Web verschijnen. Maandelijks zijn op Poetry International Web meer dan vijftig nieuwe gedichten te vinden uit allerlei verschillende landen, in de originele taal en in Engelse vertaling. Daarnaast biedt de website nieuws, essays, links en achtergrondinformatie over meer dan 250 dichters. www.poetryinternational.org |
|