Arsenaal. Jaargang 5(1949)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] Oud café Ik heb vandaag de straten op en af gelopen en nu het avondt zit ik in een oud café. Vier heren vouwen er een waaier kaarten open. Ik gluur soms van terzij, maar speel hun spel niet mee. Vier heren spelen kaart. Twee oude mannen praten te luid en gluren heimlijk naar de overkant, waar bij het raam, waarvan 't gordijn is neergelaten, een koppeltje te fluist'ren zit en hand in hand. Vier heren spelen kaart. Eén die van reizen droomde heeft geen geld. Eén zijn vrouw heeft nooit een kind gebaard. Eén had een vrouw die voor neen vreemde mannen schroomde en één had nooit een vrouw. Vier heren spelen kaart. Twee oude mannen praten veel te luid en lonken naar 't blonde meisje aan de overkant, en zij ze vrijt maar voort. Ik heb mijn derde pint gedronken. Het leven gaat zijn gang. Ik gluur soms van terzij. Paul Berkenman Vorige Volgende