Arsenaal. Jaargang 3(1947)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Landschap De koeien op het grasland lijken mager gelijk de klank is van mijn schamel lied en boven 't landschap drijven wolken trager dan elke droom verdrijven zal in 't niet. Mijn ogen zijn zo moe en als gebroken mijn eenzaam hart dat naar geluk verlangt. De bloemen op het landschap zijn geloken. Oud is de zon die op de schoften hangt. De koeien op het grasland lijken mager en hij, die dicht, weet zich van veel berooid. De beelden der geliefden worden vager lijk kersebloesems op de wind verstrooid. Tony van Putte. Vorige Volgende