Arsenaal. Jaargang 3(1947)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Zee Er is geen schoonre weg dan wandlend langs de branding, de longen volgestroomd van 't onuitputlijk ruim en dromend van een storm of van een verre landing te volgen droom na droom in 't bruisen van het schuim. Er is geen schoonre plaats dan starend van een duintop, de lip doorbeten van het zand en 't zout der zee en d'ogen speels geboeid door golvenkruin en kruinsop te wenden 't lome lijf in innerlijke vree. Er is geen schoner uur dan drijvend op de baren de overspoelde borst gerokken naar de zon en zinkend in een droom vol vredig openbaren te zwellen met de zee en met de horizon. Er is geen schoonre stond dan kerend uit de vlakte van heimwee volgestroomd en van herinnering, innerlijk oeverloos van bruisend' oppervlakten te drinken weer haar verten in verzadiging. Er is geen schoner beeld dan haar oneindig bloeien er is geen dieper vuur dan liefde tot haar schoot en als ik sterven zal wil ik in haar vervloeien tot eindloosheid met haar. Ik ken geen schoner dood. ERIK VAN RUYSBEEK Vorige Volgende