Arsenaal. Jaargang 3(1947)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 98] [p. 98] De Tuin van Eden 'k Heb jaren voor de poort gestaan: De poort van dromen en verlangen; En zag ik andren binnengaan Mijn blik bleef aan de deurknop hangen. Ik dacht: ‘ze zijn in 't paradijs, In 't rijk van God, de tuin van Eden!’ En 't hunkren naar dezelfde reis Deed mij de tovertuin betreden. De poort bleek oud, verroest en rot, Na 't kriepen der vermolmde sloten Zag ik een oud, vervallen kot Waar ik mij immer 't hoofd ging stoten. Ik heb dan spoedig dichtgedaan De poort van dromen en verlangen; Ik bracht er dikke tralies aan En heb een bordje opgehangen: - ‘Hier kwade hond: niet blijven staan!’ WILLY BILIET Vorige Volgende