Arsenaal. Jaargang 3(1947)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Stille Avondstond Zacht ruischen boomen in den zomerwind, Het water koestert zich in avondzon, Hier is het plekje waar ik vrede vind, En waar ik wondermooie droomen spon. Het water rimpelt zich heel even maar, Ik zit bij d'oevers neer en weet me moe, De schoonheid van den avond valt me zwaar, De poorten van den dag gaan langzaam toe... Zocht ik helaas een balsem op de wond Om 't droeve leed dat nimmer meer vergaat, Ik voel, in dezen stillen avondstond, Dat ieder wee zijn schaduw achterlaat... MARIETTE VAN RANST. Vorige Volgende