Arsenaal. Jaargang 2(1946)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Profeet. Ik ben maar een kompassieloos poëet, die, liever dan de bloemen te beminnen, de mannen van de straat mijn broeders heet. Hun harde naam komt mij niet meer te binnen. Ik ben een hansworst en een gek geweest, die steeds op elke maat moest springen aan 't bruiloftsmaal. Op 't gulzig boerenfeest moest ik mijn vetste liedjes zingen. Maar niemand vraagt me ooit van waar ik kom, al heb ik ook mijn groot verdriet te dragen. Men zegt: een nar - maar ik gebaar mij dom, die wijsheid zal 'k me vroeg of laat beklagen. En toch ben ik het, die hen nooit vergeet, waarheen ik ook in zotskap nog moet zwerven, Maar niemand is in eigen land profeet: ik ga maar weg en in den vreemde sterven. Maurits Oudewal. Vorige Volgende