Arsenaal. Jaargang 2(1946)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Vergilius' dood. Veel woorden zijn het arrem oord en eiland Voor wie ter zee der ziele ging. De ziel: een zee; geen enkel hoofd is heiland Die 't stormen in zijn haven ving. o Woorden: bloemen in de bot gebroken Van het miljoenenbloemig hart, Dat rijper groeit met immer nieuwontloken Geheimen van geluk en smart. o Woord!! Ge zijt ons slechts een oord van rusten Voor bot en bloem uit hart en geest; Ge houdt z'een wijl uit duizend onbewuste, Die nog niet zijn ontbloeid geweest. [pagina 204] [p. 204] o Dood! een nieuwe bloesem komt me tarten: - Lijk heel de waarheid komen kon - Een gloed is hij in 't hart, hij doet zoo smarte En wil in 't hoofd een vlam, een zon, Een zon, die 't eenzaam donker van mijn voelen In 't zoeken van haar stralen grijpt. o Dat men sterven moet in 't avondzoele Gevoelen eer het morgenrijpt! Verscheur al wat mijn voelen heeft ontgonnen, En schenk het al aan vuur en gloed; Want weet: 't is alles, alles woord-geronnen, o Woordgeronnen levensbloed! A. Rodens. Vorige Volgende